In slechts vier seizoenen heeft
Jonas Vingegaard een opmerkelijke transformatie doorgemaakt: van een relatief onbekende renner naar misschien wel een van de beste klimmers die het peloton ooit heeft gekend. Hoewel hij dit jaar zijn Tour de France-titel verloor aan Tadej Pogacar, mag niet worden vergeten dat zonder de Deen Pogacar nu al vijf Tours op rij op zijn naam had staan.
Maar Vingegaard is slechts een van de vele supergetalenteerde Deense renners die momenteel het peloton sieren.
Mads Pedersen, een van de meest constante renners van de afgelopen jaren, kan al bogen op een wereldtitel en overwinningen in alle drie de Grote Rondes. Daarnaast is er de 24-jarige
Mattias Skjelmose Jensen, die zichzelf profileert als een toekomstige klassementsrenner na het winnen van het jongerenklassement in de Vuelta afgelopen september.
En dit is slechts het topje van de ijsberg. Er stroomt een nieuwe golf van Deens talent het profpeloton binnen, wat de indruk wekt dat we aan de vooravond staan van een gouden tijdperk voor het Deense wielrennen.
Maar één vraag blijft intrigeren: Hoe is dit mogelijk? Hoe kan het dat het op drie na vlakste land ter wereld niet alleen uitzonderlijk wielertalent voortbrengt, maar ook een van de beste klimmers die de sport ooit heeft gekend? België en Nederland, eveneens vlakke landen, hebben een lange wielertraditie die hun successen verklaart. Maar Denemarken? Het is minder vanzelfsprekend. Tijd om te onderzoeken hoe dit land zich heeft opgewerkt tot een wielerelite. Bron:
CyclingUpToDate.
Fietscultuur in Denemarken
De sleutel tot het succes van Denemarken in het voortbrengen van wielertalent van wereldklasse ligt op een fundamenteel niveau in de diepgewortelde fietscultuur van het land. Fietsen is hier geen luxe of hobby, het is een essentieel onderdeel van het dagelijks leven dat de infrastructuur, levensstijl en sportieve ontwikkeling vormgeeft. Wie ooit in Kopenhagen is geweest, herkent direct de prominente plaats van fietsen in het straatbeeld. Het is misschien wel het eerste teken van hoe het land een voedingsbodem voor wielertalent heeft gecreëerd.
Deze innige band met de fiets begint al op jonge leeftijd en strekt zich uit tot alle lagen van de samenleving. Denemarken is bovendien geen nieuwkomer in de wielerwereld zoals Slovenië, dat dankzij Tadej Pogacar en Primoz Roglic in de schijnwerpers is komen te staan. Denemarken heeft een rijke geschiedenis van eliterenners, met namen als
Bjarne Riis, hun eerste Tour de France-winnaar, en Willy Hansen, Olympisch goudenmedaillewinnaar op de baan.
Een van de meest opmerkelijke aspecten van de Deense fietscultuur is de allesomvattende aanwezigheid van fietsen in het dagelijks leven. In Kopenhagen, vaak genoemd als de meest fietsvriendelijke stad ter wereld, gebruikt meer dan 50% van de inwoners de fiets voor hun dagelijkse woon-werkverkeer. De stad heeft meer fietsen dan auto’s en beschikt over een geavanceerd netwerk van fietsinfrastructuur, waaronder speciale fietspaden, verkeerslichten die prioriteit geven aan fietsers, en iconische fietsbruggen zoals de
Cykelslangen (Fietsslang). Dit maakt fietsen niet alleen een praktisch vervoermiddel, maar ook een plezierige en vanzelfsprekende activiteit voor jong en oud – iets wat in steden als Londen of New York bijna ondenkbaar is.
Kinderen in Denemarken worden op zeer jonge leeftijd vertrouwd gemaakt met fietsen. Deze vroege kennismaking vormt de basis voor de ontwikkeling van atletisch talent. Het bevordert coördinatie, fysieke vaardigheden en een liefde voor buitenactiviteiten. Sommige scholen integreren fietsen zelfs in hun lessen lichamelijke opvoeding of buitenschoolse programma's. Dit staat in schril contrast met bijvoorbeeld het Verenigd Koninkrijk, waar dergelijke initiatieven nauwelijks voorkomen.
De rivaliteit tussen Jonas Vingegaard & Tadej Pogacar is nu al legendarisch
Het dagelijkse gebruik van de fiets als vervoermiddel draagt aanzienlijk bij aan de fysieke basis van jonge Denen. Tegen de tijd dat zij de leeftijd bereiken waarop ze competitief gaan fietsen, hebben velen al duizenden kilometers afgelegd, zij het in een recreatieve of praktische context. Deze vroege gewoonte om te fietsen bereidt hun lichaam voor op eigenschappen als uithoudingsvermogen en fysieke aanpassing - fundamentele bouwstenen voor succesvolle profrenners.
Naast de fysieke voordelen speelt ook de culturele en sociale dimensie van fietsen in Denemarken een cruciale rol. De Deense fietscultuur benadrukt gemeenschap en toegankelijkheid, met een uitgebreid netwerk van wielerclubs verspreid over het hele land. Deze clubs richten zich op fietsers van alle niveaus, van recreatieve rijders tot ambitieuze amateurs, en bieden een gestructureerde omgeving waarin jong talent hun vaardigheden kan ontwikkelen.
Voor veel jonge wielrenners vormen deze clubs niet alleen een plek om hun passie te delen, maar ook een opstap naar een professionele carrière. Ze fungeren als broedplaatsen voor talent, waar teams actief op zoek gaan naar de volgende Jonas Vingegaard of Mads Pedersen. Zo verbinden de fysieke, sociale en competitieve aspecten van het Deense fietsklimaat zich tot een ecosysteem dat wielertalent op natuurlijke wijze voedt.
De Deense fietscultuur wordt sterk ondersteund door substantiële overheidsinvesteringen in het bevorderen en onderhouden van fietsvriendelijke infrastructuur. De regering legt veel nadruk op het stimuleren van duurzaam transport, in lijn met nationale doelstellingen om de CO2-uitstoot te verminderen en de volksgezondheid te verbeteren. Deze investeringen maken fietsen niet alleen praktisch en aantrekkelijk, maar versterken ook de integratie ervan in het dagelijks leven van jonge Denen.
Evenementen zoals de jaarlijkse PostNord Danmark Rundt (Ronde van Denemarken) spelen een belangrijke rol in het promoten van lokaal wielertalent. Deze koers, die zich een weg baant door de schilderachtige landschappen van Denemarken, biedt een podium voor binnenlandse renners om zich te meten met internationale toppers. De ervaring en zichtbaarheid die deze wedstrijd oplevert, fungeren vaak als een springplank voor renners die dromen van een doorbraak op WorldTour-niveau.
Hoewel het vlakke terrein van Denemarken op het eerste gezicht ongeschikt lijkt om wereldklasse klimmers voort te brengen, is het juist de unieke combinatie van factoren - de toegankelijkheid van fietsen, een ondersteunende infrastructuur, vroege betrokkenheid bij de sport en een cultuur die een actieve levensstijl waardeert - die zorgt voor de ontwikkeling van uitzonderlijke wielrenners. Deze mix verklaart niet alleen de opkomst van Jonas Vingegaard en zijn generatiegenoten, maar laat ook zien dat Denemarken de komende jaren een nog grotere rol zal spelen in het internationale wielrennen.
Is Jonas Vingegaard extra speciaal?
Kortom: Ja, Jonas Vingegaard is zonder twijfel een uitzonderlijk talent. Het is gerapporteerd dat zijn VO2 max - aantal milliliters zuurstof dat hij per kilogram lichaamsgewicht per minuut kan verwerken - ongeveer 97 ml zou bedragen. Voor context: dat is een van de hoogste waarden ooit gemeten. Ter vergelijking: de gemiddelde VO2 max van een gezonde man ligt rond de 40 ml, en zelfs Tadej Pogacar, een van de grootste wielrenners van deze tijd, haalt 'slechts' 89 ml. De meeste Tour de France-renners zitten tussen de 70 en 85 ml, wat benadrukt hoe uniek Vingegaards genetische aanleg is.
Deze indrukwekkende fysiologie speelt ongetwijfeld een belangrijke rol in zijn dominantie op lange, steile beklimmingen. Het is echter duidelijk dat hij zijn klimcapaciteiten niet heeft ontwikkeld op de vlakke wegen van Denemarken. De zware uithoudingsproeven zoals die in de Alpen en Pyreneeën komen in zijn thuisland simpelweg niet voor.
Een voorbeeld van zijn buitengewone klimvermogen was de Col de la Loze tijdens de Tour de France 2023. Deze klim, berucht als een van de zwaarste in de Tour, biedt een landschap dat nauwelijks verder verwijderd kan zijn van de vlakke wegen van Denemarken. Daarnaast worden renners op de Loze vaak geconfronteerd met verzengende hitte, een uitdaging waar de meeste Deense renners geen natuurlijke aanpassing voor hebben. Toch leverde Vingegaard op die dag een verpletterende prestatie, waarbij hij Tadej Pogacar volledig overvleugelde en de basis legde voor zijn tweede eindzege in de Tour.
Hoewel Denemarken niet gezegend is met het ideale terrein om wereldklimmers voort te brengen, hebben de rijke fietscultuur en de focus op fysieke fitheid duidelijk bijgedragen aan het ontwikkelen van renners die de zwaarste beklimmingen aankunnen. Vingegaards prestaties benadrukken niet alleen zijn persoonlijke kwaliteiten, maar ook de kracht van een systeem dat voortdurend wielertalent van wereldklasse voortbrengt.