Voor Filippo Conca was 2025 een jaar vol contrasten. De 27-jarige renner uit Lecco begon het seizoen als amateur, zonder profcontract, en sloot het af als nationaal kampioen en WorldTour-renner. Een traject dat leest als een wielersprookje, maar in werkelijkheid vooral het verhaal is van koppigheid, pech en herwonnen geloof.
“Het was een bijzonder jaar, met veel dieptepunten en weinig hoogtepunten,” vertelt Conca aan bici.pro. “In februari kreeg ik knieproblemen en net toen ik er bovenop kwam, ging het weer mis. Tijdens een trainingskamp in Livigno kwam ik ten val omdat ik een marmot raakte in een afdaling. Dat kostte me een week training, en eerlijk gezegd: het zag er niet goed uit.”
Toch stond Conca in juni plots weer op het hoogste podium. In Gorizia klopte hij renners als
Jonathan Milan, Alessandro Covi en Matteo Trentin, en trok hij de tricolore kampioenstrui aan.
Van blessureleed naar beloning
Zijn overwinning betekende niet alleen eerherstel, maar ook een nieuw contract bij
Team Jayco AlUla. Conca’s pad naar de WorldTour was allesbehalve rechtlijnig: na twee seizoenen bij Lotto Soudal (2021–2022) en een periode bij Q36.5 leek zijn carrière in het slop te raken.
“Ik had niet verwacht dat het nog zou lukken,” geeft hij toe. “Maar dat kampioenschap veranderde alles. Ik kreeg meteen berichten van teams. Jayco voelde vanaf het eerste gesprek goed: een professionele ploeg, maar met een rustige sfeer. Dat had ik nodig.”
Zijn debuut bij de Australische formatie verliep echter niet vlekkeloos. “Na mijn eerste twee koersen kreeg ik Covid, in Plouay,” zegt hij. “We hebben toen beslist om niet te stoppen, maar door te zetten in de Ronde van Slowakije. Dat was zwaar, maar ik kon werken voor het klassement van Paul Double. Dat we die koers wonnen, gaf me voldoening – het bewees dat ik mijn rol nog aankan.”
Het winnen van de nationale kampioenschappen zorgde voor een comeback in de WT voor Filippo Conca
“Of ik stopte, of ik ging naar Swatt Club”
Het kantelpunt kwam eind 2024, toen Conca zonder contract zat. “Ik had twee keuzes: stoppen, of bij Swatt Club tekenen. Ik heb mezelf aangeboden bij meerdere continentale teams, maar niemand had plek. Daarom besloot ik om gravelkoersen te rijden. Dat gaf plezier, maar diep vanbinnen bleef mijn droom de Giro d’Italia.”
Die vastberadenheid hield hem overeind. “Ik wist dat ik geen wonderrenner ben, maar ook dat ik beter ben dan veel anderen in het peloton. De Nationals waren mijn enige kans om dat te bewijzen. Vanaf november 2024 had ik dat als doel in mijn hoofd.”
Cruciaal was de steun van zijn familie. “Zij en een paar vrienden hielden me recht in die maanden. Achteraf ben ik dankbaar voor die periode. Ik weet nu wie er echt in me gelooft.”
De dag van Gorizia
De nationale titel kwam niet uit de lucht vallen. Twee jaar eerder werd Conca al achtste in hetzelfde kampioenschap, in een koers waarin hij lang tussen de kopgroep en de achtervolgers hing – samen met renners als Ciccone en Ganna.
“Toen voelde ik al dat ik in dat gezelschap thuishoorde,” blikt hij terug. “Dit jaar speelde ook wat geluk mee. Sommige renners kwamen net uit de Giro, anderen waren ziek of moe. Toen ik dat besefte, dacht ik: dit is mijn kans. En het lukte.”
Zijn overwinning leverde niet alleen een contract op, maar ook het vertrouwen dat hij nodig had. “Ik voelde weer dat ik een renner ben die kan winnen. Dat was ik even kwijtgeraakt.”
Een volwassen renner in een nieuwe omgeving
Bij Jayco-AlUla voelt Conca zich intussen op zijn plaats. “Ik ben volwassener geworden. Ik weet dat ik geen kopman ben, maar wel een betrouwbare knecht. Hier wordt dat gewaardeerd, en dat motiveert me. In sommige koersen zal ik vooraan moeten werken, maar ik krijg ook ruimte om mijn eigen kansen te zoeken.”
Zijn doelen voor 2026 zijn duidelijk. “De Giro is mijn grote doel,” zegt hij resoluut. “Ik wil gezond blijven, goed de winter doorkomen en er staan in mei. We plannen nu de voorbereiding. Misschien rijd ik eerst een paar Spaanse rittenkoersen. Als ik fit blijf, kan ik iets moois laten zien.”
De nederige toon verhult de lading niet: Conca heeft zijn tweede kans afgedwongen, niet gekregen. “Ik wil laten zien dat ik dit niveau verdien. En als het kan, nog één keer die tricolore trui laten schitteren in de Giro.”