In mijn buurt groeide je op met de Tour de France. Het was overal. Het waren de laatste jaren van Eddy Merckx. Met zeven deelnemers had ieder kind een truitje en reden we de hele Tour de France na. Twee bruggen waren onze bergen. We waren nog geen tien jaar oud en scheurden over de weg, toen auto's nog niet de dienst uitmaakten. Op mijn dertiende was mijn hart definitief verloren aan de wielersport. Na dagenlang aandringen mocht ik tijdens een vakantie in Frankrijk eindelijk met mijn fiets, die drie versnellingen had en gewoon mijn fiets van thuis was (met licht, dikke banden en spatborden), echte bergetappes rijden. Ik vertrok 's ochtends om eerst de Col de Joux Plane te beklimmen en daarna Morzine-Avoriaz. Mijn proviand bestond uit een zak kersen, verder had ik niet eens iets te drinken bij me. Zonder ervaring en vertrekkend vanuit Les Gets beleefde ik de gelukkigste dag van mijn leven. Toen ik de huizen halverwege de Joux Plane bereikte, wist ik dat ik niet eens zou stoppen met trappen. Ik hield vol en voelde de grootste vreugde van mijn leven toen ik boven aankwam en eindelijk bij een boomstam iets kon drinken. Diezelfde vreugde voelde ik in de vallei, waar ik ofwel terug naar huis kon keren of Morzine-Avoriaz kon aanvallen. Ik koos voor het laatste, zonder ook maar één keer te stoppen. En opnieuw haalde ik de top zonder te stoppen. Met mijn felrode, maar belachelijke fiets haalde ik andere fietsers in die op echte racefietsen zaten. Weer voelde ik die diepe vreugde. Dat pure geluk ervaar ik telkens opnieuw wanneer ik de wielersport volg. Ik kan er uren over nadenken, erover schrijven, kijken, want ik deel voor altijd dat gevoel van vrijheid dat ik als kleine jongen had. Dat is ook de reden waarom ik voor wielrennenuptodate.nl schrijf – met de wielersport in mijn hart.