"Er is een groot verschil tussen Parijs-Roubaix toen en nu" - Jose de Cauwer heeft vertrouwen in de kansen van Tadej Pogacar in Parijs-Roubaix

Tadej Pogacar liet woensdag opnieuw van zich horen, niet in koers, maar via Strava. In een herstelrit na Parijs-Roubaix noteerde hij enkele van de snelste tijden op de iconische kasseistroken van de Helleklassieker. Een opvallend signaal van een renner die ooit als pure klimmer werd beschouwd, maar zich steeds meer ontpopt tot alleskunner.

José De Cauwer heeft het wielrennen door de jaren heen ingrijpend zien veranderen. Technologische vooruitgang, geavanceerde trainingsmethoden en een nieuwe manier van koersen hebben volgens hem het DNA van wedstrijden als Parijs-Roubaix herschreven.

Lees ook

"Als Jonas de Tour wil winnen van iemand als Pogacar, dan moet echt alles kloppen" – Visma gelooft in Vingegaards plan richting de Tour

"Er is een wereld van verschil tussen het huidige Roubaix en dat van pakweg tien jaar geleden," vertelt hij aan Sporza. "De materiaalkeuze is zo sterk geëvolueerd dat het vroegere specialistenwerk deels naar de achtergrond verdwijnt."

Dat is volgens De Cauwer één van de redenen waarom een renner als Pogacar vandaag de dag mee kan dingen naar de zege in een koers die traditioneel niet op maat is van lichte klimmers. "Je ziet nauwelijks nog renners met blaren. Fietsen rollen veel beter, banden zijn breder en robuuster, de afstellingen verfijnder. Vroeger werd gezegd: onder de 70 kilogram had je hier niets te zoeken. Vandaag zie je dat ook lichtere renners het aankunnen. Pogacar? Die zal zich absoluut kunnen meten."

Cruciaal daarin is ook de training achter de motor, benadrukt De Cauwer. "Het is nauwelijks te vergelijken: met 35 of zelfs 60 km/u het Bos van Wallers binnenrijden. Die intensiteit moet je ervaren, en dat leer je enkel door achter een motor of wagen te trainen. Niet alleen voor de benen, maar ook om het stuurgedrag bij zulke snelheden onder de knie te krijgen."

Lees ook

TV Gids Wielrennen: GP Miguel Indurain & Ronde van Vlaanderen

Om die reden werd vorig jaar de omstreden chicane geïntroduceerd in aanloop naar het befaamde bos, bedoeld om het peloton af te remmen en zo het risico op valpartijen te beperken. In 2024 zorgde de selectie van Alpecin-Deceuninck op de waaiers voor een incidentloze passage van de Trouée d’Arenberg. Maar zondag keert het klassieke scenario terug, met een rechte en snelle aanloop – en dus opnieuw een verhoogd risico om te vallen.

"De eerste vijfhonderd meter moet je gewoon overleven," stelt De Cauwer resoluut. "De motor moet niet alleen krachtig zijn, maar ook kunnen sturen. Het is een totaal ander plaatje dan vroeger. Wie mee wil, moet voorbereid zijn. Anders ben je kansloos."

Lees ook

Van Aert kiest voor een andere koers in Ronde van Vlaanderen: "Pogacar en Van der Poel zijn de uitgesproken favorieten"