Paul Seixas zal de komende jaren ongetwijfeld de harten van Franse wielerfans blijven veroveren. De 19-jarige klimmer, sinds dit seizoen prof bij Decathlon AG2R La Mondiale, maakte een indrukwekkend debuut in de WorldTour en bevestigde meteen zijn uitzonderlijke aanleg. En zoals altijd in Frankrijk: zodra er een nieuw wonderkind opstaat, denkt men meteen aan één ding – de
Tour de France.
Na een sterk tweede juniorenseizoen was al duidelijk dat Seixas over uitzonderlijk talent beschikte. Toch overtrof zijn eerste jaar bij de profs de meeste verwachtingen. Na een rustige seizoensstart reed hij zich in de kijker met een achtste plaats in het eindklassement van het Critérium du Dauphiné – een prestatie die de Franse media deed opschrikken.
Later dat jaar volgde de kroon op het werk: winst in de Tour de l’Avenir, de mini-Tour de France voor beloften. Daarna richtte hij zijn vizier op het WK in Rwanda, waar hij als jongste renner in de elitecategorie aan de start stond. Daar hield hij zich kranig staande met een dertiende plaats tussen de gevestigde namen.
De eindsprint van zijn seizoen was al even indrukwekkend. Een week na het WK werd Seixas derde op het EK in Ardèche, enkel geklopt door Tadej Pogacar en Remco Evenepoel. Zijn zevende plek in Il Lombardia sloot een droomjaar af en bevestigde zijn status als klimmer van topniveau.
De Tour: slechts een kwestie van tijd
Voor de Franse wielerwereld, die inmiddels veertig jaar snakt naar een Tourwinnaar, is de honger groot. Seixas hoeft voorlopig niet de last van het land op zijn schouders te dragen, maar het vooruitzicht is duidelijk.
“Zonder er doekjes om te winden: alle scenario’s liggen open,” zegt Jean-Baptiste Quiclet, prestatiedirecteur bij Decathlon AG2R, in Vélo Magazine. “Hij kan een seizoen zonder Grote Ronde rijden, maar evengoed starten in de Giro, Tour of Vuelta.”
Volgens Quiclet draait alles om timing. “Het hangt af van wanneer de Grote Ronde in het seizoen valt, en of dat ruimte laat om eerst ervaring op te doen in rittenkoersen van één week. Geduld blijft cruciaal, zowel voor ons als voor Paul.”
Meer dan een klimmer
Het potentieel van Seixas beperkt zich niet tot de Grote Rondes. Zijn prestaties in Kigali en Ardèche tonen dat hij ook in het eendagswerk kan meedraaien aan de top. Koersen als Il Lombardia lijken op maat gesneden voor zijn kwaliteiten.
“Verschillende doelen botsen soms: klassiekers, Monumenten, kampioenschappen, Grote Rondes,” legt Quiclet uit. “Hij zal keuzes moeten maken om te blijven groeien. Wij passen ons aan wat hij onderweg ontdekt. Bovenal willen we het positieve momentum niet breken – elke maand zien we een nieuwe Paul.”
Een generatie vol verwachting
Met Lenny Martinez (Bahrain Victorious) heeft Frankrijk nog een andere jonge klassementsrenner in opkomst. Maar terwijl Martinez op zijn 22e nog ervaring opdoet, lijkt Seixas al dichter bij de wereldtop te staan.
“Er bestaan twee visies,” zegt Quiclet. “Lenny heeft uitgesproken dat hij binnen drie jaar een Grote Ronde wil winnen, en kreeg in de Tour een vrije rol. Maar om écht een kopman te worden, heb je tijd nodig. Het vraagt discipline, regelmaat en zelfopoffering – bouwstenen die je vanaf je eerste Grote Ronde leert beheersen.”
Hoe zijn programma er in 2025 ook uitziet, één ding staat vast: alle ogen zullen op Paul Seixas gericht zijn.
“We kunnen hem niet volledig beschermen tegen de druk,” besluit Quiclet. “Zelfs in een vrije rol zal iedereen naar hem kijken. Het belangrijkste is dat hij kiest wat het beste past bij zijn ontwikkeling richting het algemeen klassement.”