Groot-Brittannië had de ambitie om te strijden voor de overwinning in alle onderdelen van de wegwedstrijd voor mannen op de
Olympische Spelen. Joshua Tarlings tijdrit werd verprutst door een lekke band waardoor hij geen medaille kon pakken, terwijl in de wegwedstrijd
Tom Pidcock de belangrijkste deelnemer was, maar niet in de Top-10 kon komen.
"Mountainbiken heeft veel van me gevergd, maar ik heb me toch kunnen opladen voor deze wedstrijd. Ik heb een stap in die richting gezet. Maar vandaag had ik gewoon niet die extra punch. Ik was een beetje traag en ik kwam nooit echt in het spel," gaf Pidcock toe in een interview na de wedstrijd, heel oprecht.
De Britten ontbraken echter niet in de strijd om de medailles, met Fred Wright die deelnam aan een gevaarlijke aanval vlak voor het laatste rondje in Parijs waar ook zilveren medaillewinnaar Valentin Madouas, Stefan Küng en verschillende andere kwaliteitsrenners deel van uitmaakten. Hij was in staat om te anticiperen op de belangrijkste aanvallen van
Mathieu van der Poel en Remco Evenepoel daarachter, maar miste de benen in de laatste kilometers om zich aan te sluiten bij de grote kanonnen, misschien door het missen van zijn topvorm.
Maar hij was niet de enige. In het peloton oogde Tom Pidcock scherp en hoewel hij niet opgewassen was tegen de aanvallen van Mathieu van der Poel in Montmartre, kwam hij toch naast de Nederlander over de finish op een 13e plaats. Geen perfecte prestatie, maar zeker de moeite waard om aandacht aan te besteden. De olympisch kampioen mountainbiken stelt echter dat hij niet over de beste benen beschikte na een voorbereiding die vooral gericht was op het MTB-evenement.
Hij had echter niet het gevoel dat het chaotische karakter van de race hem parten speelde, concludeert hij: "We waren een beetje bang dat het een grote chaos zou worden. Dat niemand de controle zou kunnen houden zonder radio's en met die kleine teams. Maar eigenlijk was het een vrij normale race met een vrij normaal parcours."