"Sanremo, Roubaix, Tour de France-etappes en de gele trui - hij deed alles": Mathieu van der Poel zette geen voet verkeerd in 2025, zegt Italiaanse ex-prof

Wielrennen
vrijdag, 17 oktober 2025 om 19:00
mathieuvanderpoel-3
Het seizoen 2025 van Mathieu van der Poel verliep vrijwel vlekkeloos. Zeges in Milaan-Sanremo en Parijs-Roubaix, twee ritoverwinningen én de gele trui in de Tour de France — allemaal gerealiseerd met die kenmerkende mix van brute agressie en feilloos koersinzicht die hem tot een van de meest fascinerende renners van zijn generatie maken.
Voor voormalig profrenner Moreno Moser, tegenwoordig analist bij Eurosport, was het vooral het jaar waarin Van der Poel aantoonde niet alleen zijn fysieke capaciteiten volledig te beheersen, maar ook zijn beperkingen te aanvaarden. In een uitgebreid gesprek met Bici.Pro fileerde Moser wat de Nederlander zo uitzonderlijk maakt binnen het moderne peloton.
“Ik denk niet dat Van der Poel fouten maakt,” stelt Moser. “Integendeel: hij is misschien wel de renner die zijn motor en karakter het beste weet te benutten.”

Een kwetsbare krachtpatser, perfect afgesteld

Waar het publiek vooral overweldigende macht ziet, ziet Moser een fragiel evenwicht: een renner die met chirurgische precisie moet doseren om niet zichzelf te verbranden.
“Zijn motor is kwetsbaarder dan die van Pogacar,” aldus Moser. “Tadej kan dag in, dag uit knallen en herstellen wanneer het moet. Van der Poel daarentegen moet zijn piekinspanningen zorgvuldig plannen. Eén topdag in een rittenkoers? Ja. Maar twee achter elkaar? Dan wordt het moeilijk. Klimmen kost hem écht veel. Elke extra wattage bergop hakt erin.”
Volgens Moser is Van der Poel fysiologisch geen diesel maar een turbo: explosief, kortstondig, maar minder gebouwd op langdurige belasting.
“Hij is een klassieke glycolytische renner,” legt hij uit. “Zijn kracht komt uit snelle spiervezels en korte, intensieve inspanningen. Aerobe lange duur? Dat is niet zijn domein. Als de suikers op zijn, valt zijn efficiëntie hard terug.”
Dat verklaart waarom Van der Poel floreert op de kasseien van Roubaix, maar moeite heeft met drie weken over Alpen en Pyreneeën.

Eendagsraces: zijn natuurlijke habitat

Voor Moser is het verschil tussen rittenkoersen en eendagswedstrijden glashelder — en geen toeval.
“Op één dag, als hij in topvorm is, doet hij wat hij wil,” stelt de Italiaan. “Dan benut hij perfect zijn energie, en hoeft hij zich geen zorgen te maken over herstel.”
Juist daarom is voeding voor Van der Poel zo cruciaal. Waar een klimmer als Pogacar met minder toe kan, moet Van der Poel zijn brandstofvoorraad maximaal aanvullen.
“120 à 130 gram koolhydraten per uur binnenkrijgen is essentieel voor hem,” zegt Moser. “Zijn spieren leveren prestaties van topkwaliteit als ze gevoed worden met topkwaliteit. En net daar zit het verschil tussen types renners.”

De kunst van de aanval — en van het doseren

Toch blijft Van der Poel een uitgesproken aanvaller. Zijn Giro van 2022 wordt vaak als voorbeeld genoemd: veel vuurwerk, weinig oogst. Moser begrijpt die stijl — al zou het af en toe iets minder mogen.
“Misschien zou hij soms iets minder verspelen, maar dat is wie hij is,” glimlacht Moser. “Elke dag knallen betekent betalen in de finale, zeker als er nog een klimmetje aankomt. Maar als hij aanvalt, is hij een killer — zelfs op die korte hellingen.”
Claps 0bezoekers 0
loading

Net Binnen

Meest Gelezen

Loading