Het Europees kampioenschap wegrace 2025 werd verreden op een van de zwaarste parcoursen van het seizoen – met eindeloze beklimmingen, listige afdalingen en een startveld dat leest als een wie-is-wie van het moderne wielrennen. Voor het eerst sinds de Flèche Wallonne van 2022 stonden Tadej Pogačar,
Jonas Vingegaard en
Remco Evenepoel samen aan de start van een eendagswedstrijd. De verwachtingen waren torenhoog.
Al vroeg in de koers ontstond een traditionele vlucht met Mathijs Paasschens, Daan Hoole en Mathias Vacek, later vergezeld door een groep van twintig achtervolgers met namen als Louis Vervaeke, Nicolas Prodhomme, Marco Frigo en Niklas Larsen. Slovenië controleerde, zoals verwacht, het peloton volledig in dienst van hun superster.
De eerste grote verrassing kwam op de tweede beklimming van de Côte de Saint-Romain-de-Lerps (7 km aan 7,2%), toen Jonas Vingegaard onverwacht het contact verloor met het peloton. De tweevoudig Tourwinnaar, zelden op dreef in eendagswedstrijden, moest al vroeg passen – nog meer dan 100 kilometer voor de finish.
Daarna brak de koers open. Pavel Sivakov viel aan, Evenepoel sprong mee en bracht de groep favorieten terug tot een select gezelschap van minder dan tien renners. In de afdaling hergroepeerde het peloton zich, maar de top van de wedstrijd bestond nog uit slechts 25 renners. Pogačar zat geïsoleerd zonder ploegmaats, terwijl België vier kaarten had om mee te spelen en Frankrijk zelfs vijf.
Toch konden ze dat overwicht niet benutten. Op de derde beklimming van Saint-Romain-de-Lerps deed Pogačar wat Pogačar altijd doet: hij ging. Een vernietigende versnelling, 75 kilometer voor de finish, en niemand kon volgen. Het was de laatste keer dat iemand hem nog zag.
Evenepoel leidde de achtervolging, maar kreeg weinig steun van Ayuso, Seixas en Scaroni. Uiteindelijk besloot hij solo door te gaan en verzekerde hij zich van zilver, op 30 seconden van de ongenaakbare Sloveen. Daarachter streed een moegestreden trio voor brons. Ayuso brak, Scaroni beet zich vast, maar het was de negentienjarige Fransman Paul Seixas die zich op de laatste klim losrukte en geschiedenis schreef: brons in zijn eerste Europese elitekampioenschap.
Analyse & commentaar
Pascal Michiels (RadsportAktuell)
“Je kunt proberen wat je wilt – als je niet in het team van Pogačar zit, verlies je. De Belgen reden uitstekend, maar wat kun je doen als hij aanvalt? Remco zat perfect gepositioneerd, maar de natuurwetten gelden ook voor hem. Pogačar is gewoon genetisch een klasse apart.”
Michiels prees ook de jonge Fransman Seixas:
“De manier waarop hij Scaroni en Ayuso dropte, was pure klasse. We zagen vandaag een glimp van de toekomst.”
Carlos Silva (CiclismoAtual)
“Een 70 kilometer lange tijdrit tussen Pogačar en Evenepoel – dat was wat we zagen. De Sloveen won, simpelweg sterker. En wat een prestatie van Frankrijk: drie man in de top tien.”
Met zijn gebruikelijke ironie voegde hij toe:
“Heeft iemand Vingegaard gezien? De koning van het wielzuigen implodeerde al op 100 km van de finish. Denemarken zal spijt hebben van zijn selectie. Laat Il Lombardia maar komen – ik gok dat Pogačar daar op 80 km van de streep aanvalt.”
Tadej Pogacar gaf een fles aan een gelukkige fan
Víctor LF (CiclismoAlDía)
“Dit is de wereld van Tadej Pogačar, en wij leven erin. Hij heeft opnieuw bewezen dat er geen zwakke schakels zijn in zijn arsenaal. Evenepoel blijft de beste van de rest, maar de kloof is duidelijk.”
Over Paul Seixas:
“Negentien jaar en al brons bij de elite – Frankrijk heeft een nieuw wonderkind.”
Félix Serna (CyclingUpToDate)
“België viel opnieuw in dezelfde val als in Rwanda: ze controleerden de koers perfect… maar voor Pogačar. Ze reden hard, schakelden zijn knechten uit, maar creëerden precies het scenario waarin hij floreert. Pogacar geïsoleerd? Dat betekent: solo zege. België werd eigenlijk Slovenië 2.0.”
Serna ging verder:
“Waarom stuurden ze niet één of twee knechten vooruit? Waarom geen chaos gecreëerd? Pogačar is te sterk één tegen één. De enige manier om hem te verslaan is door hem te laten kiezen tussen aanvallen en verdedigen. Nu reed hij opnieuw moeiteloos naar goud.”
Over Vingegaard:
“Zijn opgave was geen verrassing, maar wel een bevestiging dat eendagskoersen hem niet liggen. Na vandaag zie ik hem niet snel terug in een Deens nationaal shirt.”
Conclusie
Een loodzware editie van het
EK wielrennen eindigde opnieuw met dezelfde conclusie: Pogačar is onstuitbaar. Evenepoel reed sterk maar machteloos, Seixas stal de harten van het publiek, en België blijft met vragen achter. De Sloveen blijft de maatstaf — de wielergoden lijken voorlopig geen alternatief te voorzien.