Jesús Herrada sprak recent over zijn stap naar ProTeam-niveau, nu hij bij Burgos Burpellet BH tekent voor één jaar. Zelf ziet hij het niet als een stap terug, maar als de noodzakelijke prikkel om weer te winnen. Op zijn 35e erkent hij wel de risico’s van de vroege ontwikkeling bij renners met wie hij rijdt en tegen wie hij koerst, en de druk van UCI-punten – iets wat hij zelf van dichtbij meemaakte.
“Iedereen, van managers en sportdirecteurs tot renners, zat in een omgeving die niet ideaal was,” zei Herrada tegen Mundo Deportivo. “Er zijn renners die onder druk beter presteren, maar de druk die we hadden rond punten en degradatie was heel groot.” Die puntenstress binnen
Cofidis werd in 2024 al stevig bekritiseerd door ex-pro Harrison Wood, die stelde dat renners individueler reden en vooral hun eigen ambities nastreefden om hun toekomst in het peloton veilig te stellen. Bij een ploeg van het niveau van Cofidis is er simpelweg niet voor iedereen plek in een snel veranderende wielerwereld.
En Herrada, inmiddels 35, viel onvermijdelijk in die categorie. Cofidis degradeerde dit jaar en hij zou afdalen naar ProTeam-niveau, maar koos ervoor niet te blijven bij de ploeg waar hij sinds 2018 successen boekte, waaronder drie ritzeges in de Vuelta a España. Hij ziet de laatste jaren hoe het peloton verjongt, hoe professioneel jongeren al zijn, maar ook hoe dat hun loopbaan kan verkorten.
“Jonge renners trainen al serieus vanaf de junioren en verzorgen zich als profs, alles tot in detail gepland. Daardoor vallen ze eerder op, maar op lange termijn is het een beetje onhoudbaar,” vindt hij. “Ploegen speuren al vanaf het cadettenniveau, en dan moet je zien hoe lang ze een hoog niveau volhouden. Ze worden veel eerder prof en de pensioenleeftijd ligt lager dan vroeger.”
Het is een totaal andere context dan in de jaren waarin Herrada zelf doorgroeide, toen het traject naar de top trager verliep. Met gerichte begeleiding en ontwikkeling presteren renners nu al begin twintig op topniveau. Dat heeft de transfermarkt volledig omgegooid, waarbij ervaring minder zwaar weegt.
“Precies. Uiteindelijk is dit voor jonge renners moeilijk te behappen, en voor wie niet goed omkaderd is of niet stevig in zijn schoenen staat, kan dit gevaarlijk worden. De eisen, de hoge contracten—dat kan goed uitpakken, maar ook slecht.” Hij gelooft dat enkele van de huidige toppers zijn leeftijd niet in het peloton zullen halen.
“Ik weet niet of hij er zelf mee bezig is of niet, maar het wordt lastig om renners als Pogacar, Vingegaard en anderen tot hun 38e op dit niveau te zien. Het is waar dat ze op hun leeftijd al bijna alles hebben gewonnen; op een gegeven moment zullen ze nieuwe doelen moeten zoeken,” denkt hij.
Herrada heeft zijn deel aan successen bij La Vuelta. @Sirotti
Herrada herenigd met zijn broer
Voor Herrada is zijn loopbaan in elk geval tot minstens zijn 36e verzekerd. In Burgos voegt hij zich bij zijn broer José, met wie hij het grootste deel van zijn carrière samen reed, maar nu in een andere rolverdeling. “Mijn hele carrière werkte ik met Francisco Abelló. José coacht sinds zijn pensioen, en ik ga het met hem proberen,” zegt de Spanjaard.
“Hij zal me zeker hard aanpakken; waarschijnlijk krijgen we ooit ruzie! Zo gaat dat met broers; er is vertrouwen, dus je zegt elkaar het goede en het slechte.” Kan de routinier bij Burgos weer richting zijn topniveau? De ploeg is sportief een stap lager dan Cofidis, maar zeker geen comfortabele uitloopstrook.
“Voor mij niet. Je moet beseffen hoe hoog het niveau tegenwoordig is, zeker in de WorldTour, waar winnen steeds lastiger wordt. In bepaalde koersen kan ik zeer competitief zijn. Je moet realistisch zijn en kijken hoe ver je komt met wat je hebt. Ik hoop terug te keren naar mijn beste vorm.”