De strijd van Lotto tegen ploegen met grotere budgetten: "Wij halen enorm veel talenten binnen, maar de helft zijn we binnen drie jaar kwijt"

Het is algemeen bekend dat er steeds meer geld rondgaat in de wielersport. Of dit echter goed of slecht is voor de competitiviteit van de sport, blijft onderwerp van een hevige discussie. Volgens Lotto-ploegleider Nikolas Maes naderen we wellicht het moment waarop een salarisplafond onvermijdelijk wordt.

"Als je zoals UAE tien miljoen over hebt en je schaft tien renners met een miljoen salaris aan, dan heb je een dikke ploeg. Maar daarmee vermoorden ze ook een beetje de competitiviteit van de kleinere ploegen", legt Maes uit in een gesprek met In De Leiderstrui. "Een salary cap is daartegen al opgeworpen als idee. Dat is moeilijk in te voeren, maar zou voor de sport niet slecht zijn. Zonder salary cap gaan we naar een competitie met nog vier ploegen die kunnen winnen."

Lees ook

Geen Alaphilippe, Hirschi & Pidcock in de Volta a Catalunya: Wildcards gaan naar vier Spaanse ploegen

Lotto ondervond dit seizoen zelf de gevolgen van een beperkter budget. De ploeg verloor opvallende renners zoals Florian Vermeersch aan UAE, Victor Campenaerts aan Team Visma | Lease a Bike en Maxim van Gils aan Red Bull - BORA - hansgrohe. Vooral het vertrek van Van Gils blijft een gevoelige kwestie voor Maes en zijn team.

"Het is aan de UCI om te zorgen voor een opleidingsvergoeding voor renners als Van Gils", benadrukt Maes. "Wij zijn ook een opleidingsploeg, want ons development team is echt goed en we halen enorm veel talenten binnen, maar de helft van de talenten zijn we binnen drie jaar kwijt. Dat is spijtig van de energie die je erin stopt. Dat kost geld en energie die we niet in onze eerste ploeg steken, maar in het development team. Maar we moeten dat ook doen, want onze renners nu zijn bijna honderd procent eigen talent."