ANALYSE | Vijf keer dat Pogacar niet gewoon won, maar geschiedenis schreef

Wielrennen
donderdag, 16 oktober 2025 om 15:30
TadejPogacar (2)
Wat hij in 2024 presteerde, herhaalde hij met nog meer overtuiging in 2025: Tadej Pogačar reed de wereld aan flarden. Een vierde Tourzege, drie Monumenten in één seizoen, back-to-back wereldtitels én zijn eerste Europese trui. De Sloveen lijkt koers na koers zijn naam dieper te etsen in het graniet van de wielerhistorie. Hij won niet alleen – hij herschreef hoe je wint.
Van de witte grindwegen in Toscane tot de ruige hellingen in Kigali, van de Pyreneeën tot de Via Roma in Bergamo: telkens weer trok Pogačar het scenario naar zich toe. Alleen Mathieu van der Poel en Remco Evenepoel, in hun beste vorm én op een tijdritfiets, konden hem dit jaar even pijn doen.Maar welke overwinningen sprongen er écht uit in zijn fenomenale campagne? Hier zijn zijn vijf meest memorabele zegetochten van 2025.

1. Il Lombardia – Vijf op een rij, een monument in zichzelf

Op de Passo di Ganda, op 37 kilometer van de streep in Bergamo, deed Pogačar waar hij patent op lijkt te hebben: versnellen alsof niemand anders op de fiets zit, en solo naar de overwinning rijden. Het werd zijn vijfde opeenvolgende zege in Il Lombardia – iets wat nooit eerder iemand lukte – en zijn tiende Monument in totaal. Bovendien stond hij dit seizoen op het podium van alle vijf Monumenten. Merckxiaanse cijfers, zonder overdrijven.
Remco Evenepoel en Michael Storer probeerden het gat te dichten, maar de regenboogtrui verdween alleen maar verder aan de horizon. Het was Pogačars derde Monument van het jaar, na zijn triomfen in de Ronde van Vlaanderen en Luik-Bastenaken-Luik. Praat over de Greatest of All Time is zelden zo gegrond als bij een renner die live het recordboek herschrijft.

2. Tour de France – Hautacam, de rekening vereffend

De klim naar Hautacam werd in 2022 het toneel van zijn grootste nederlaag. In 2025 werd het zijn ultieme revanche. Met nog 12,5 kilometer te gaan op de flanken van deze Pyreneeënreus, schakelde Pogačar naar solomodus. Hij liet Jonas Vingegaard meteen ter plaatse en reed iedereen – letterlijk – naar adem.
De schade was immens: tijd, moraal, betekenis. Dit was geen gewone ritzege, dit was sportieve vergelding. Het was zijn eerste zege op Hautacam, zijn achtste in de Pyreneeën, en zijn twintigste Touretappe in totaal. Maar belangrijker: het was de etappe waarin hij definitief de gele trui greep. En dat nog in de tweede week. Pogačar reed niet enkel naar de zege, hij wiste het litteken van 2022 uit. Voor een viervoudig Tourwinnaar is dat misschien wel het ultieme bewijs van grootsheid: triomferen precies waar je ooit viel.

3. Ronde van Vlaanderen – De allergrootsten gekraakt op de Kwaremont

De Kwaremont is geen klim. Het is een verhoor. En in 2025 ondervroeg Pogačar daar zijn drie grootste rivalen: Van der Poel, Van Aert en Pedersen. De Sloveen trok het elastiek strak, scheurde het af, en reed solo naar zijn tweede overwinning in de Ronde van Vlaanderen.
Van der Poel had een week eerder in Sanremo nog de bovenhand, maar kreeg in de Vlaamse Ardennen antwoorden op elke aanval. Pedersen versloeg Van der Poel voor de tweede plaats, Van Aert werd vierde. De uitslag maakte één ding duidelijk: dit was geen moment van inspiratie, maar een keiharde les.
Dat een klassementsrenner twee keer de Ronde wint, is haast onvoorstelbaar. Maar het was niet alleen dát hij won – het was wie hij achterliet, waar hij het deed, en hoe klinisch de aanval was. Vlaanderen is hun terrein. Hij maakte het het zijne.

4. Wereldkampioenschappen – Kigali kroonde hem opnieuw

Net als in Zürich een jaar eerder, had ook het WK in Kigali een lange solo nodig. En net als toen, leverde Pogačar. Op de explosieve, golvende wegen van Rwanda reed hij zich naar een tweede opeenvolgende regenboogtrui – de eerste die daarin slaagt sinds Peter Sagan.
Evenepoel pakte zilver, Ben Healy brons. Maar bovenal werd duidelijk: Pogačar kent geen seizoensdip. Hij begon met Monumenten, domineerde de Tour en sloot af als wereldkampioen. Op een parcours waar controle onmogelijk is en chaos regeert, deed hij wat alleen de besten kunnen: het spel naar zijn hand zetten. En zo werd zijn wereldtitel geen toeval, maar een bevestiging.

5. Strade Bianche – De kampioen van het witte stof

De eerste grote race van het jaar, Strade Bianche, gaf meteen de toon aan. Opnieuw glorie voor Pogačar, die ondanks een valpartij onderweg en een stevig achtervolgingswerk tóch als eerste over de finish in Siena reed. Het was zijn derde overwinning in Toscane, maar tegelijk ook de meest karaktervolle.
Hij brak de koers open, reed Tom Pidcock uit het wiel, en beklom de Via Santa Caterina alsof het allemaal zo gepland stond. Strade lijkt op maat van zijn talent gesneden, maar groten worden niet beoordeeld op hun gemak, maar op wat ze doen als het fout dreigt te gaan.
Deze overwinning was het begin van een seizoen waarin niets meer fout liep. Of het nu grind, asfalt of kasseien was: Pogačar heerste overal.

De conclusie? Pogacar is meer dan dominant. Hij is historisch.

In een tijdperk met Van der Poel, Evenepoel, Vingegaard en Van Aert is het Pogačar die jaar na jaar de lijnen uitzet. Zijn veelzijdigheid is ongezien. Zijn overwinningen overstijgen disciplines. En zijn seizoen van 2025? Misschien wel het meest indrukwekkende in het moderne wielrennen. De vraag is dan ook niet langer of hij bij de allergrootsten hoort, maar hoe lang hij nog nodig heeft om op gelijke hoogte met Merckx, Coppi en Hinault te staan.
Claps 0bezoekers 0
loading

Net Binnen

Meest Gelezen

Loading