Stefan Küng is al jaren een vaste waarde in de grootste klassiekers. Sinds 2022 behaalde hij vijf Top 10-klasseringen in zowel de Ronde van Vlaanderen als Parijs-Roubaix. Toch ontbreekt die ene grote overwinning nog op zijn palmares. In 2025 wil de Zwitserse krachtpatser eindelijk een van deze Monumenten op zijn naam schrijven.
"Ik denk dat je niet bang moet zijn om te verliezen om te kunnen winnen. Maar in het huidige wielrennen is dat moeilijker dan ooit", zegt Küng in een diepte-interview met Write Bike Repeat. Hij wijst op de veranderde mentaliteit binnen de sport, mede door de introductie van het WorldTour-promotie- en degradatiesysteem.
"Toen ik prof werd, had niemand het over punten. Het kon niemand echt iets schelen", herinnert Küng zich. "Er waren genoeg WorldTour-licenties voor de teams met het budget en de ambitie. Ik weet nog dat ze zelfs IAM Cycling moesten dwingen om deel te nemen aan de WorldTour, omdat er anders te weinig ploegen waren. Nu vechten 25 of meer teams om die 18 licenties. De concurrentie is enorm."
Die druk heeft ook gevolgen voor de manier waarop gekoerst wordt. "Teams meten zich tegenwoordig aan de WorldTour-ranking en stellen doelen: top acht, top zes... Daardoor komen renners in een spagaat. Ze willen dat je koersen wint, maar ook dat je zoveel mogelijk punten verzamelt", legt Küng uit. "Als je blijft rijden met de instelling 'ik koers alleen om te winnen, en verlies het desnoods acht keer', dan word je uiteindelijk toch op het matje geroepen. Dan zeggen ze: 'Misschien moet je anders gaan koersen.' Dat maakt het moeilijker dan ooit om vol voor de winst te rijden."
Toch blijft Küng vastberaden om die ene grote overwinning binnen te halen. "Greg Van Avermaet zei altijd tegen me: 'Je moet er gewoon altijd bij zijn in de finale. Als dat vanzelf gaat, dan kun je denken aan winnen of het podium. Maar eerst moet je zorgen dat je er steeds opnieuw staat.'"