Remco Evenepoel tempert verwachtingen voor Amstel: "Ik plaats mezelf op de tweede rij"

Na een lange blessure keerde Remco Evenepoel vorige week op indrukwekkende wijze terug in competitie. In de Brabantse Pijl klopte hij niemand minder dan Wout van Aert in een tweestrijd op Vlaamse bodem. Maar de Amstel Gold Race, zo geeft hij zelf aan, is van een andere orde.

“De Brabantse was korter, explosiever,” vertelde de Belg aan WielerFlits. “Amstel wordt een pak zwaarder. De wedstrijd is twee uur langer, kent meer klimmen en met renners als Tadej Pogacar aan de start, ligt het niveau nog een stuk hoger.”

Evenepoel is tevreden over zijn herstel na zijn eerste racekilometers sinds zijn val in december. “Ik voel me goed. De aanvangsfase is relatief eenvoudig – daar kan ik nog wat meedrijven. De hoop is om dan in de finale met frisse benen te zitten en iets te kunnen forceren.”

Of dat voldoende zal zijn om ook in Valkenburg op het hoogste schavot te staan, daarover is hij realistisch. “In de Brabantse Pijl kon ik met Wout echt de koers maken. Zondag zal het minder explosief zijn, maar net daardoor vermoeiender. Iedereen rijdt wat ‘vlakker’, er is minder punch… en dat opent ruimte om te schuiven, posities te winnen.”

De toevoeging van de Cauberg in de finale stemt Evenepoel positief. “Het is een klim die ik ken en die me goed ligt. Dat kan het verschil maken, zeker als het tot een tactisch steekspel komt.”

Met ploegmaats als Max Schachmann en Ilan Van Wilder beschikt Soudal–Quick-Step over sterke troeven om uit te spelen. “We zijn goed gewapend om koers te maken, al is het niveau een pak hoger dan in de Brabantse Pijl.”

Hoewel de vorm er lijkt te zijn, wil Evenepoel zichzelf niet als topfavoriet bestempelen. “Er stonden in de Brabantse Pijl sterke renners aan de start, maar het was niet het allersterkste peloton. Amstel is een ander verhaal. Ik plaats mezelf liever op de tweede rij.”

Met de benen lijkt niets mis, maar Evenepoel kiest voor de bescheidenheid. In een koers met een breed favorietenveld, houdt de jonge Belg het hoofd koel. Maar zoals altijd bij Remco: onderschat hem nooit.