Kevin Vauquelin is dit seizoen het enige sprankje hoop in wat voelt als een zinkend schip. Terwijl Arkéa - B&B Hotels zijn laatste seizoen in de World Tour beleeft, blijft de 24-jarige Normandiër presteren. In de UCI-ranking laat hij zijn ploegmaats ruimschoots achter zich – een individuele opsteker in een verder troosteloze jaargang. En met zijn aflopende contract heeft Vauquelin een troef in handen: hij kan kiezen. De beste ploegen van het peloton staan in de rij.
Bij Bistrot Vélo spreekt hij zich opvallend openhartig uit over de situatie bij zijn huidige ploeg. “We gaan niet liegen: bij teams als UAE is het gewoon niet hetzelfde,” zegt Vauquelin. “Ik grijp dit moment aan om open te zijn tegenover de media: deze week hadden we niet eens een ploegleider. Niemand.”
In de Ronde van Zwitserland stond hij nog schouder aan schouder met João Almeida – UAE’s klassementskopman – maar het contrast tussen de twee werelden kon niet groter zijn. Terwijl Almeida volledig omringd werd door high-end ondersteuning, moest Vauquelin roeien met de riemen die hij heeft.
“Wij hebben altijd moeilijke keuzes te maken vanwege ons kleinere budget,” legt hij uit. “Ons budget is niet niks, maar het is niets vergeleken met dat van teams die door miljardairs of olielanden gefinancierd worden. Wij hebben geen gekoelde trucks, geen foodtrucks bij elke race, geen hypermoderne bussen. We missen gewoon middelen.”
Secondenverlies in detail
Volgens Vauquelin stapelen die ogenschijnlijk kleine verschillen zich op tot meetbare tijdsverliezen. “Al die details samen – dat zijn seconden. En die seconden maken het verschil. Het is bijna een schreeuw om hulp die ik uit, voor het team en alle mensen die hard werken met veel minder dan de concurrentie.”
Hij noemt een voorbeeld: “Een windtunnelsessie is ontzettend duur. Grote ploegen kunnen dat structureel doen. Wij niet. En dan stellen mensen zich de vraag waarom Franse tijdritprestaties achterblijven… Dat is niet alleen talent, dat is toegang tot technologie.”
Een onvermijdelijke stap
De conclusie is onontkoombaar. Als Vauquelin zich verder wil ontwikkelen, zal dat buiten Arkéa moeten gebeuren. “Ik heb veel te danken aan deze ploeg, ik ben hier opgegroeid. Maar om de volgende stap te zetten, moet ik verder. Het is geen kwestie van ondankbaarheid, maar van ambitie.”
Over zijn toekomst blijft hij op de vlakte, maar één ding is duidelijk: de top lonkt. “INEOS, Visma, UAE… Dat zijn teams waar je van droomt. Ze hebben de middelen om nóg harder te werken, nóg meer op details te letten. En in dit tijdperk van marginal gains maakt dat het verschil.”