Paul Seixas is in Frankrijk al een naam die rondzingt in cafés, kleedkamers en wielerclubs. Toch lijkt de negentienjarige zelf het minst gehaast om dat geloof waar te maken. De tiener van Decathlon AG2R La Mondiale houdt het hoofd koel nu de roep om een Tourdebuut steeds luider klinkt.
“De
Tour de France is mijn grootste droom,” vertelde hij aan L’Équipe. “Het is ook de belangrijkste wedstrijd voor mij. Maar je moet onderscheid maken tussen dromen en realiteit – en de realiteit is dat je met beide benen op de grond blijft.”
Een doorbraakjaar zonder overhaaste stappen
Seixas beleefde in 2025 een stormachtige opmars. Nog altijd tiener, maar al opvallend volwassen in zijn manier van koersen. Hij reed een sterk voorjaar met klassementsplaatsen in Itzulia Baskenland en de Ronde van Romandië, en bekroonde zijn seizoen met brons op het EK op Franse bodem. Binnen zijn ploeg geldt hij intussen als de natuurlijke opvolger in de lijn van Franse kopmannen.
Toch houdt Seixas het bewust rustig. “Een goed wedstrijdprogramma moet slim en samenhangend zijn,” zegt hij. “Daarom hebben we nog geen beslissing genomen over 2026. We denken aan een Grote Ronde, maar ik weet nog niet welke het wordt.”
De afweging bij Decathlon AG2R La Mondiale
Teambaas Dominique Serieys ziet het graag snel gaan, maar blijft behoedzaam. In een gesprek met RMC Sport liet hij weten dat hij Seixas “graag volgend jaar in de Tour zou zien”. “Als je het niet probeert, doe je geen ervaring op,” aldus Serieys.
Toch beseft ook hij dat een renner van negentien zorgvuldig moet groeien. “Paul heeft nog tijd nodig om zich fysiek te ontwikkelen. We zullen hem beschermen. Maar een deelname aan de Tour zou hem ongetwijfeld doen groeien – als mens én als renner.”
Tussen droom en druk
Sinds de laatste Franse Tourzege van
Bernard Hinault in 1985 hunkert Frankrijk naar een opvolger. Elk nieuw talent krijgt dat gewicht meteen mee, en Seixas vormt daarop geen uitzondering. Zijn nuchtere houding maakt hem echter anders dan de vele ‘nieuwe Hinauls’ die hem voorgingen. Hij weet dat de gele trui ooit het doel is – maar niet nu. “Ik wil klaar zijn als het zover is,” zegt hij. “Niet eerder.”