Remco Evenepoel heeft na vier maanden blessureleed nauwelijks iets van zijn scherpte verloren. Na zijn winnende rentree op vrijdag in de Brabantse Pijl leverde de kopman van Soudal – Quick-Step op paaszondag een indrukwekkende prestatie in de
Amstel Gold Race 2025, ook al moest hij uiteindelijk genoegen nemen met de derde plaats op het podium.
Hoewel hij de zege misliep, slaagde Evenepoel erin iets te doen wat velen de afgelopen jaren onmogelijk achtten: hij neutraliseerde een van de typische solo-aanvallen van wereldkampioen Tadej Pogacar. De Sloveen leek opnieuw op weg naar een meesterlijke solozeg, maar een krachtige achtervolging van Evenepoel en Mattias Skjelmose bracht hem terug. In de sprint met drie was het uiteindelijk Skjelmose die de sterkste bleek.
Na afloop gaf Evenepoel toe dat hij met gemengde gevoelens terugblikte op de race. Eerst deelde hij het nieuws nog privé met Jan Bakelants alleen, daarna open en bloot voor de Sporza-microfoon. “Ik sta hier met dubbele gevoelens,” begon hij zijn interview. “Het is goed dat we Tadej eindelijk terug konden halen. Maar ik heb veel energie verloren door die valpartij. Ik moest 30 kilometer achtervolgen met drie minuten achterstand. Dan moet je toch vrij lang 100 watt meer duwen – en precies die energie kom je op het einde tekort. Zonder die crash had ik de wedstrijd gewonnen,” aldus Evenepoel, verwijzend naar de val net onder de 100 kilometer van de meet waarbij ook Wout van Aert en Thibau Nys betrokken waren.
“Als ik die inspanning had kunnen sparen, had ik misschien nog een keer kunnen aanvallen op de laatste beklimming van de Cauberg. Volgend jaar kom ik terug om te winnen,” klonk het vastberaden. Over zijn sprint erkende hij dat zijn timing niet ideaal was: “Ik ging iets te vroeg aan. Als het in Luik weer tot een sprint komt, maak ik die fout niet opnieuw. Toch kan ik niet echt teleurgesteld zijn, als je ziet van waar ik kom.”