Tom Boonen blijft een monument in het wielrennen en een van de renners die de geschiedenis van Soudal–Quick-Step het meest heeft gekleurd. Wereldtitels, Tour-etappes, meerdere zeges in de Ronde van Vlaanderen en vier keer Parijs-Roubaix: zijn palmares is onuitwisbaar. En toch speelde de Belgische oud-kampioen geen rol in de gesprekken rond de herprofilering van de ploeg voor 2026, waarin de klemtoon opnieuw op de klassiekers komt te liggen.
“Zijn er onderhandelingen geweest? Nee, absoluut niet,” zegt Boonen in Wielerclub Wattage. “Er zijn helemaal geen gesprekken geweest. Ik heb zelf ook nooit gesolliciteerd, hé. In een kranteninterview vroegen ze gewoon of ik interesse zou hebben om terug te keren, omdat de ploeg weer een nieuwe identiteit aanneemt.”
Of hij daadwerkelijk openstaat voor een comeback binnen de ploeg laat Boonen in het midden, maar één ding is duidelijk: “De ploeg heeft materiaal in huis waarmee ze de absolute toppers in de klassiekers kunnen uitdagen. Dus áls er ooit een moment was waarop ik iets had willen doen bij Soudal–Quick-Step, dan was het nu.”
Het is intussen geen uitzondering meer dat oud-kopmannen een rol blijven spelen in het moderne wielrennen, zeker nu de gemiddelde leeftijd in het peloton blijft dalen en ervaring binnen de staf steeds waardevoller wordt. Geraint Thomas is daar een sprekend voorbeeld van: de Welshman schuift bij INEOS Grenadiers vrijwel meteen door naar de rol van Director of Racing.
Bij Quick-Step draaide het de voorbije jaren vooral rond Remco Evenepoel. Boonen was nog aanwezig op het pre-Tourmoment van de ploeg en blijft op een informele manier verbonden. Maar een formele managementfunctie bij de Belgische formatie? Dat hangt in grote mate af van CEO Jurgen Foré. “Of ik iets had kunnen bijdragen? Dat moet je aan hen vragen. Maar ik heb zelf nooit voor een functie gesolliciteerd,” besluit Boonen.