“Hij zal waarschijnlijk vallen in Roubaix” – Belgische prof waarschuwt Remco Evenepoel om weg te blijven van de ‘Hel van het Noorden’ en Milaan–Sanremo

De voorjaarsklassiekers zijn uitermate nerveuze koersen, waarin de renners voorin om de knikkers vooral specialisten zijn in positioneren en in de harde gevechten daarvoor die urenlang duren. Remco Evenepoel heeft het daar soms lastig mee, en landgenoot Oliver Naesen raadt hem met klem aan zeer voorzichtig te zijn met een deelname aan Milano-Sanremo, de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix – waarover de knoop mogelijk de komende dagen wordt doorgehakt en gecommuniceerd.

Meteen trekt Naesen een duidelijke grens van wat hij veilig acht: “Ik zou zeker wegblijven van Parijs–Roubaix. Over mezelf: ik ben een risicomijdende renner en ben in mijn carrière waarschijnlijk elf keer heel hard gevallen. Meer dan de helft van die valpartijen was in Parijs–Roubaix,” waarschuwde Naesen in gesprek met Het Nieuwsblad. “Remco is fysiek sterker, maar ik ben technisch beter. In Roubaix gaat hij waarschijnlijk toch onderuit.”

Naesen, inmiddels 35, streed eind jaren 2010 als directe concurrent tegen onder meer Peter Sagan en Greg Van Avermaet. Hij presteerde sterk in de kasseiklassiekers, maar ondanks 10 starts in zowel de Ronde van Vlaanderen als Parijs-Roubaix, haalde hij slechts driemaal de top tien (opvallend genoeg drie keer zevende in de Ronde); zijn tweede plaats in Milano-Sanremo 2019 springt ook in het oog.

Opmerkelijk genoeg reed hij alle 27 monumenten die hij startte uit, maar hij ging ook vaak tegen de grond. Soms op momenten dat je het het minst verwacht. In de Ronde van Vlaanderen 2017 streed hij mee om de zege, toen hij en Peter Sagan op de Oude Kwaremont vielen nadat hun fietsen verstrikt raakten in jassen van het publiek. Zelfs als je het gewoel om positie en de gevaarlijke wegen weet te ontwijken, zijn er in dit soort koersen talloze variabelen en kan er van alles gebeuren.

“Ik zou Sanremo om dezelfde reden niet doen. Daar, voor de Cipressa—rond Imperia, met al die paaltjes—gaan we met veertig man tegen de grond. Voor mij is dat ‘geaccepteerd risico’, maar voor een renner met zoveel doelen na het voorjaar?” Naesen vindt Evenepoel een uitzonderlijke coureur met reële ambities om koersen als de Giro d’Italia of de Tour de France te winnen. Het is de vraag of je die doelen moet riskeren voor het voorjaar, zeker nu met sterren als Mathieu van der Poel en Tadej Pogacar een zege buitmaken bijzonder lastig is.

“Zelfs los van veiligheid: Sanremo is zó moeilijk te winnen. Zelfs Pogacar, met een perfecte lead-out en perfecte positie op de Poggio, is het nog niet gelukt. Ik zeg niet dat Remco Sanremo niet kan winnen, maar in principe zijn de klimmetjes te kort om echt verschil te maken.” Als Evenepoel dan toch één klassieker zou kiezen voor een debuut, tipt Naesen de wedstrijd waarin hij zelf het vaakst uitblonk: “Als ik Evenepoel was, mikte ik in het voorjaar op de Ronde van Vlaanderen. Daar kun je veel eerder dan in Sanremo verschil maken, puur fysiek, puur op vermogen.” Vlaanderen is de laatste jaren minder tactisch geworden, omdat de klim- en uithoudingskwaliteiten van renners als Pogacar en Van der Poel vroege aanvallen voor de winstkansen steeds minder relevant maken.

“Ik zou een eventuele deelname laten afhangen van wat Pogacar in de Ardennen plant. Ik bedoel: als Pogacar Luik rijdt, heeft Evenepoel een A-niveau voorbereiding op die koers nodig. Met vooraf een etappekoers als het Baskenland of Catalonië. Als Pogacar niet start, kun je met een B-niveau voorbereiding naar Luik en blijft er ruimte voor de Ronde van Vlaanderen.” Dit impliceert uiteindelijk dat de renner van Decathlon AG2R La Mondiale vindt dat Evenepoel de Giro d’Italia moet laten schieten en in plaats daarvan de Tour de France moet rijden, wil hij in het voorjaar kansrijk zijn.

“Ik zou de Giro niet doen – die heeft in mei zo’n beetje het patent op het slechtste weer van Europa. In België leeft al het idee dat elke koers waarin Remco start en niet wint, een mislukking is. Dat is een zware last. Want doet hij de Giro, dan moet hij om te winnen rijden. En dan daarna nog naar de Tour… Pogacar kan de Giro vooraf als een ‘gezondheidswandeling’ rijden, maar zelfs Evenepoel moet Pogacar daarin niet volgen,” besloot hij.