Tim Merlier stuit op grenzen in Parijs-Roubaix: “Op de kasseien reden ze gewoon te hard”

Tim Merlier hoopte zijn beste resultaat in Parijs-Roubaix te verbeteren, maar botste afgelopen weekend op zijn limieten. De Europees kampioen wist zich geruime tijd staande te houden in de voorste groepen, maar moest uiteindelijk afhaken. Op de piste van Roubaix finishte hij als 36e, ver van de strijd om de ereplaatsen.

“Ik zoek geen excuses, want ik heb nergens pech gehad,” verklaarde Merlier na afloop tegenover Het Nieuwsblad. “Maar ik was gewoon niet in staat om de anderen te volgen op de kasseien. Daar werd simpelweg een moordend tempo gereden.”

Lees ook

"Van der Poel had Pogacar alsnog gelost in de laatste kasseistroken" - Bruyneel, Hincapie en Martin over het epische duel in Parijs-Roubaix

De renner van Soudal – Quick-Step toonde zich na afloop openhartig over zijn prestatie. “Ik heb er geen sluitende verklaring voor. De kasseien zouden me in principe moeten liggen, maar als het tempo te hoog ligt, dan is het te hoog. Dat voelde ik al in de stroken voorafgaand aan het Bos van Wallers. Het is niet zo dat ik een offday had – integendeel. Als ik naar mijn cijfers kijk, reed ik een sterke koers. Alleen blijkt dat op dit niveau nog onvoldoende om mee te doen voor de prijzen.”

Ook vooraf hield Merlier de verwachtingen bewust laag. “Parijs-Roubaix is een bijzonder zware wedstrijd,” vertelde hij voor de start. “Als er van bij het begin vol gekoerst wordt, zoals de laatste jaren het geval is, dan weet je dat enkel de allergrootsten kunnen standhouden. Dan is het moeilijk om te zeggen: ‘ik ga me hier ook mengen in de finale’. Je moet ook de realiteit onder ogen durven zien.”

Voor Soudal – Quick-Step werd het andermaal een teleurstellende kasseienklassieker. Yves Lampaert was met een 28e plaats de best geklasseerde renner van de ploeg. Slechts drie renners van de Belgische formatie bereikten de finish op de wielerbaan van Roubaix.

Lees ook

Biniam Girmay maakt indruk bij Roubaix-debuut: "Op een dag kom ik zeker terug"