Puck Pieterse is klaar voor de strijd in de Ronde van Vlaanderen: "Alles is mogelijk"

Ze wordt niet tot de absolute topfavorieten gerekend, maar wie goed kijkt naar de ontwikkeling van Puck Pieterse, weet dat zij zondag in de Ronde van Vlaanderen een gevaarlijke outsider is. De 22-jarige renster van Fenix-Deceuninck straalt rust en vertrouwen uit in aanloop naar het grootste Vlaamse Monument. Met een jaar extra ervaring, een completere ploeg achter zich en een indrukwekkend palmares over 2024, is Pieterse meer dan ooit klaar om de volgende stap te zetten.

Het voorbije seizoen was voor de alleskunner uit Amersfoort een sportief hoogtepunt. Ze kroonde zich tot wereldkampioene mountainbike in de olympische crosscountrydiscipline, veroverde de U23-wereldtitel op de weg en maakte indruk in de Tour de France Femmes met een etappezege én winst in het jongerenklassement.

Lees ook

VOORBESCHOUWING | Ronde van Vlaanderen Vrouwen 2025 - Zal Lotte Kopecky overwinningen boeken in 2025 in Vlaanderen?

“Dat geeft natuurlijk vertrouwen,” vertelde Pieterse vrijdag aan Cyclingnews. “Elke wedstrijd leer je weer bij. Ik denk dat het zondag gewoon een mooie dag wordt. Het weer is goed, droog — dat ligt me wel. In de afgelopen koersen voelde ik dat ik erbij zat, dus ik weet dat het erin zit. Als ik in de finale de juiste beweging maak, is alles mogelijk.”

Vorig voorjaar werd Pieterse in de klassiekers nog vaak alleen gelaten op cruciale momenten. Dit jaar is dat anders. Fenix-Deceuninck verschijnt aan de start met een uitgebalanceerd team, met onder anderen Christina Schweinberger, Carina Schrempf en Julie De Wilde als betrouwbare steunpilaren.

“Het is fijn om teamgenoten te hebben op wie je kunt rekenen,” legt Pieterse uit. “Als je een fout maakt, kunnen zij helpen om die recht te zetten. Op de weg is het echt een schaakspel, anders dan in het veld of op de mountainbike. Maar de sfeer in de ploeg is goed en dat voel je.”

Die teamdynamiek maakt het mogelijk om de koers actiever te benaderen. De ploeg wil niet afwachten, maar het heft in eigen handen nemen. “We hebben in de midweekwedstrijden al laten zien dat we niet bang zijn om te koersen. We willen agressief racen, en ik denk dat meerdere teams dat van plan zijn. Dan is er een goede kans dat we met een kleine groep naar de finale gaan.”

Lees ook

Parcours Ronde van Vlaanderen 2025

Pieterse weet dat de omstandigheden zwaar moeten zijn om haar kwaliteiten volledig tot hun recht te laten komen. “Een harde koers, dat is wat ze nodig heeft,” zegt ploegleider Michel Cornelisse. “Anders zitten de snelle vrouwen zoals Wiebes en Kopecky nog in het spel. Maar als het echt zwaar wordt én Puck heeft een goeie dag, dan is er veel mogelijk.”

In haar ontwikkeling wordt Pieterse sinds dit seizoen begeleid door niemand minder dan Annemiek van Vleuten. De invloed van de gestopte meervoudig wereldkampioene blijkt groot. “Ze leerde me vooral om geduldig te blijven,” vertelt Pieterse. “Je wilt als jonge renster natuurlijk alles tegelijk, maar Annemiek heeft zoveel ervaring… Ze is in elke mogelijke wedstrijdsituatie al eens geweest. Als zij iets zegt, luister je gewoon. Het is heel waardevol om haar in de buurt te hebben.”

Cornelisse roemt Pieterse’s lef en aanvallende instinct. “Puck maakt fouten, ja. Maar dat is beter dan niets doen. Niets doen is de grootste fout die je kunt maken in een koers. Zij durft. Ze rijdt met haar hart, altijd vol gas. En dat is precies wat het vrouwenwielrennen nodig heeft. Dat wil ik nooit uit haar halen.”

Toch is er nog één stap die gezet moet worden. “Ze was er al dichtbij in Italië, en ook in Milano-Sanremo reed ze sterk,” zegt Cornelisse. “Maar of je wint of tiende wordt, dat zit soms in één detail in de finale. Ze leert snel, ze is leergierig, en ze is een winnares. Nu is het moment om dat om te zetten in resultaat.”

Zelf blijft Pieterse nuchter. “Het is een proces. De motor moet nog wat sterker worden, zeker voor die laatste kick in de finale. Maar met elke wedstrijd krijg je meer inzicht. De ervaring komt met het koersen. Soms weet je niet wat je moet doen in een sprint met drie, maar je leert. En dan herken je die situaties later. Het komt wel.”

Lees ook

Timo Kielich over kopman Van der Poel: “Zelfs in training is hij ongenaakbaar”