Het historische seizoen van Tadej Pogačar in 2025 heeft een groot deel van het peloton in een staat van collectieve wanhoop gebracht. Dat is althans de analyse van de experts van Het Nieuwsblad, Guy Van den Langenbergh en Jan-Pieter De Vlieger, die van mening zijn dat de onophoudelijke dominantie van de Sloveense superster de concurrentie aan de top van het profwielrennen steeds verder verstikt.
In de podcast van Café Koers sprak Van den Langenbergh over een gevoel van berusting dat zich als een schaduw over het peloton verspreidt. Hij stelde dat zelfs voor het laatste Monument van het jaar, Il Lombardia, de rivalen van Pogačar hun nederlaag bijna hadden geaccepteerd. “Je merkt dat er een soort gelatenheid in het peloton sluipt,” zei hij. “Vraag je renners vooraf hoe ze de wedstrijd willen aanpakken, met andere woorden: wat hun plan is om Pogačar te kloppen, dan lachen ze het vaak weg of halen ze schouderophalend hun schouders op. Iedereen lijkt zijn dominantie inmiddels te hebben geaccepteerd.”
Pogačars seizoen van absolute suprematie
Weinigen zullen beweren dat Pogačar in 2025 op een ander niveau reed. De kopman van UAE Team Emirates – XRG voegde niet alleen drie monumenten – Vlaanderen, Luik-Bastenaken-Luik en Il Lombardia – toe aan zijn indrukwekkende palmares, maar veroverde ook zijn vierde
Tour de France-titel. Daarmee bevestigde hij zijn status als dé renner van zijn generatie.
De combinatie van constante topvorm, tactische genialiteit en pure explosiviteit heeft zelfs de grootste ploegen in het wielrennen machteloos gemaakt. Waar zijn aanvallen vroeger als gedurfd en onvoorspelbaar werden gezien, ademen ze nu een sfeer van onvermijdelijkheid.
Zelfs Team Jumbo-Visma kon geen antwoord vinden
Van den Langenbergh benadrukte dat die onvermijdelijkheid zich niet beperkt tot de kleinere teams. Zelfs Team Jumbo-Visma – dat 2025 inging met de ambitie het beste team ter wereld te worden – kon geen passend antwoord formuleren.
“Het zijn niet alleen de kleinere ploegen,” legde hij uit. “Zelfs bij Jumbo-Visma zie je dat gevoel. Het is niet alsof ze een plan hebben om iets te anticiperen. Zeggen dat ze met de dood voor ogen ten strijde trekken is misschien wat overdreven, maar het lijkt wel alsof iedereen weet dat het onmogelijk is Pogačar te verslaan.”
Voor de Nederlandse ploeg, die jarenlang de grote concurrent van Pogačar’s UAE-formatie was, was 2025 een teleurstellend en vernederend seizoen. Ondanks de eindzege van
Jonas Vingegaard in de Vuelta a España staat Jumbo-Visma nu ver achter op de wereldranglijst, met Pogačar’s team dat een nieuwe standaard heeft gezet in collectieve controle en strategische perfectie.
Een sport op zoek naar een antwoord
De analyses van Van den Langenbergh en De Vlieger weerspiegelen een groeiende onrust onder renners en experts: dat de heerschappij van Pogačar, hoe schitterend ook, de spannende strijd die het wielrennen op het hoogste niveau juist zo boeiend maakt, ondermijnt.
Waar ooit de vraag was hoe Pogačar zou winnen, draait het nu vooral om wanneer. Rivaliserende teams worstelen met het vinden van tegenmaatregelen, terwijl de Sloveen zijn dominantie blijft uitbreiden – van voorjaarsklassiekers tot grote rondes, van eendaagse monumenten tot weeklange etappekoersen. Voor een groot deel van het peloton is Pogačars overheersing niet langer een probleem om op te lossen, maar een harde realiteit om te verdragen.