Mattias Skjelmose, pas nog de sensatie van de
Amstel Gold Race, kreeg woensdag in
Waalse Pijl een bittere herinnering aan de harde realiteit van het profwielrennen. De 24-jarige Deen werd zwaar getroffen door een valpartij in erbarmelijke weersomstandigheden, zo'n veertig kilometer voor de finish.
De crash, die meerdere renners uit het peloton op de grond deed belanden, leek de jonge Skjelmose bijzonder hard te treffen. Met pijn geschreven op zijn gezicht en zichtbaar gewond, lag hij langs de kant van de weg. Ondanks de hevige pijn wist hij zich opnieuw in het zadel te hijsen, geholpen door zijn ploeggenoten van
Lidl-Trek, maar de strijd werd al snel te veel voor hem. Kort daarna moest hij de wedstrijd verlaten.
"In eerste instantie dacht ik dat mijn elleboog gebroken was", vertelde Skjelmose aan Deense media. "Ik had pijn in mijn elleboog, onderarmen en rechterbeen, en ik was echt bang dat het veel erger was." Na medische controles kwam echter het verlossende nieuws: ernstige verwondingen bleken gelukkig uit te blijven, wat zowel de renner als zijn team een flinke opluchting bracht.
Desondanks, ondanks de tegenslag, lijkt het voorjaar van Skjelmose niet volledig ontspoord. De Deen heeft zijn zinnen gezet op Luik-Bastenaken-Luik, het laatste Monument van dit voorjaar, dat aanstaande zondag op het programma staat. De klassieker in de Ardennen is één van de belangrijkste doelen voor de jonge renner, die zich na zijn indrukwekkende prestatie in de Amstel Gold Race met hoge verwachtingen naar deze wedstrijd richt.