Mario Cipollini noemt Vuelta-directeur Javier Guillén 'arrogant': "Er wordt steeds meer gezocht naar extreme uitdagingen, zonder rekening te houden met de renners"

De legendarische sprinter Mario Cipollini gaf een interview aan Tuttobiciweb na afloop van de Vuelta a España, waarin hij scherpe kritiek uitte op de organisatoren. Hij beschreef dat de Vuelta niet meer dan een 'kleine ronde' was en maakte zijn onvrede over het spektakel van de koers duidelijk.

Het eerste punt van kritiek betrof het deelnemersveld. Cipollini, die zelf vaak uit Grote Rondes stapte vanwege het zware hooggebergte, vond dat er weinig spektakel was:

"Ik zou het een 'Vueltita' noemen. Er gebeurde niet veel, er was weinig strijd. De koers werd alleen spannend door de onverwachte actie van O'Connor. Zijn concurrenten probeerden hem geleidelijk uit te schakelen, maar kregen hem nooit echt klein. Het sterkste team was dat van de Australiër, Decathlon, en dat zegt veel over het niveau van deze koers."

Cipollini erkende echter dat Primoz Roglic de sterkste renner van de Vuelta was: "Hij was zonder twijfel de beste, hoewel ik ervan overtuigd ben dat hij niet op zijn volledige kracht reed. Maar als je terugkijkt naar de etappes van de Tour, zoals die op Plateau de Beille, dan zie je het verschil. Wanneer Pogacar of UAE aan de leiding zijn – wat we hier niet zagen vanwege het uitvallen van Almeida en Yates die niet op zijn best was – of wanneer Vingegaard en Evenepoel meerijden, dan krijg je een totaal ander niveau wielrennen. Het zijn andere cijfers, andere krachten. Een enorm verschil."

Zoals we van Cipollini gewend zijn, houdt hij niet van 'onmenselijke parcoursen' en gelooft hij dat deze minder spektakel opleveren dan andere soorten finales. "Te veel aankomsten bergop en op zware beklimmingen beperken de kansen. De klassementsrenners laten dan vaak de ontsnappingen begaan om hun krachten te sparen. Ik denk dat er een grens moet worden gesteld", aldus Cipollini.

Zijn kritiek op Javier Guillén, de organisator van de Vuelta, is niet mals. Hij noemt hem 'arrogant' vanwege het ontwerp van het parcours: "In de manier waarop wedstrijden worden georganiseerd, zie ik een bepaalde arrogantie. Er wordt steeds meer gezocht naar extreme uitdagingen, vaak overdreven, zonder rekening te houden met de renners, hun grenzen en behoeften. Het resultaat is zoals afgelopen zaterdag: bijna vijfduizend hoogtemeters, maar geen spektakel, omdat de renners uitgeput zijn. Ik vraag me af in hoeverre het nuttig is om zo ver te gaan. Naar mijn mening schaadt het de show."