“In het wielrennen bouw je eerst respect op, daarna geniet je ervan” – Lukas Kubis en de evolutie van Unibet Rose Rockets

De ploeg Unibet Rose Rockets groeit fors richting het nieuwe seizoen, maar het mag niet vergeten worden dat 2025 het jaar van Lukas Kubis was. De Slowaak, afkomstig uit een land met weinig proftraditie, was de belangrijkste renner van de Franse ploeg dit seizoen. Hij vertelt hoe andere teams inmiddels met andere ogen naar de ploeg van Bas Tietema kijken.

“Voor een renner uit Oost-Europa is het soms lastiger om de WorldTour te halen, omdat de sport daar minder populair is,” zegt Kubis in een interview met Domestique. Zijn opmars in het wielrennen was ook ongebruikelijk, met veel koersen in Afrika waar hij zijn eerste resultaten boekte.

“Ik heb vijf jaar bij de continentale ploeg Dukla Banska Bystrica gereden, en dat ging meer om genieten van het leven en van het fietsen. Ik reed heel veel koersen in Afrika, en als er geen wielrennen was, weet ik niet of ik daarheen was gegaan… maar dankzij het wielrennen ging ik erheen. Ik ben heel dankbaar voor al die ervaringen, omdat ik veel van de wereld heb gezien. Het was echt een mooie ervaring.”

Tegelijkertijd genoot hij van de fiets en had hij het potentieel om de lat hoger te leggen. Bij zijn overstap in 2024 naar de professionelere structuur van het Tsjechische Elkov - Kasper maakte hij flinke stappen, mede dankzij een grondige vernieuwing van zijn trainingsaanpak.

“Maar dat jaar, toen ik bij Elkov kwam, werd het meer profwielrennen, of in elk geval een hoger niveau […] Toen ik bij Elkov aansloot, was ik echt blij met mijn toenmalige coach, want hij maakte het verschil… Hij liet me in drie, vier maanden tijd veranderen van een gemiddelde renner in iemand die koersen kon winnen.”

Als continental-renner, 24 jaar oud, waren zijn resultaten door het jaar heen indrukwekkend. Geen enkele WorldTour-ploeg deed een serieuze gooi naar hem, en dit jaar tekende hij bij Unibet Rose Rockets, dat zijn potentieel herkende. Zijn contract loopt tot en met 2027. Hoewel de ploeg veel nieuwe kopmannen binnenhaalde, blijft hij zelf ook een van de speerpunten.

Top 10 in Omloop Het Nieuwsblad, Kuurne-Brussel-Kuurne, Le Samyn en Nokere Koerse wijzen duidelijk zijn specialisme aan. “Als ik mezelf in een hokje moet plaatsen, ben ik een klassiekerrenner. Ik houd van koersen die echt hard zijn, en van lastig weer. Ik vind het prima, want ik ben niet het type dat klaagt als het regent.”

Hij presteerde het hele jaar door sterk, met onder meer een vierde plek in de Ronde van Denemarken en de Muur Classic Geraardsbergen; een zesde plaats in de Ronde van Slowakije waar hij vier keer tweede werd achter Paul Magnier; top 5-noteringen in Paris–Chauny en de Sparkassen Münsterland Giro; en een tweede plek in het eindklassement van de Tour of Holland, waar alleen Visma’s Christophe Laporte hem de baas was.

“Maar zelfs na zware koersen kan ik nog steeds goede cijfers trappen, en dat maakt volgens mij het verschil. Als het echt hard gaat en de pure sprinters het tempo niet de hele dag kunnen volgen, kan ik dat vaak wel, en dan is het aan het einde van de koers makkelijker voor mij.”

De Franse ploeg heeft deze winter groot uitgepakt met Dylan Groenewegen als nieuwe topsprinter; klimmers als Wout Poels en Jannis Peter; de Fransen Victor Lafay en Clément Venturini, die de kansen op een Tour de France-uitnodiging vergroten; en andere kwaliteitsrenners zoals Niklas Larsen (podium in het EK tijdrijden met Evenepoel en Ganna), Rory Townsend (winnaar Hamburg Cyclassics) en Matyas Kopecky.

Het is een compleet andere ploeg die op veel meer kan mikken, en de opwaartse lijn van het voorbije seizoen kan doortrekken. “Begin dit jaar was het slecht, we kregen nul respect. Maar koers na koers, met de resultaten en de manier waarop we reden, zagen ze dat we niet zomaar een klein ploegje zijn, we willen de grootste resultaten,” vertelt hij. “Het respect werd groter en groter. In het wielrennen bouw je eerst respect op, daarna kun je ervan genieten.”