"Ik schrijf renners niet graag af, maar Jonas Vingegaard heeft zijn plafond bereikt" - Franse ex-profs beweren dat Tadej Pogacar geen duidelijke rivaal heeft richting 2026

Franse ex-profs zien geen serieuze concurrent voor de Sloveen in 2026; Van der Poel en Evenepoel blijven vooral voorjaarsdreigingen

Volgens oud-profrenners en analisten Nicolas Fritsch en Steve Chainel staat Tadej Pogacar in 2026 mogelijk ongenaakbaar aan de top van het mannenwielrennen. In een gesprek bij Eurosport’s Bistrot Vélo concluderen zij dat Jonas Vingegaard de stormachtige opmars van Pogacar niet meer kan bijbenen.

“Het doet pijn om renners af te schrijven,” zegt Fritsch, “maar Vingegaard is duidelijk tweede viool achter Pogacar. Hij heeft zijn plafond bereikt – op zich indrukwekkend, hij is de beste tijdrijder na Tadej – maar hij groeit niet meer, terwijl Pogacar blijft verbeteren.”

Fritsch, zelf prof in het begin van deze eeuw, ziet een kantelpunt sinds Vingegaards hoogtepunt in 2023. Toen gaf hij Pogacar in de tijdrit naar Combloux een flinke tik op weg naar zijn tweede Tourzege.

“Dat was zijn absolute piek,” zegt Fritsch. “Daarna volgde die zware valpartij en zijn moeizame herstel. Ik verwacht niet dat hij dat niveau nog eens haalt. Misschien kan hij nog een Grand Tour winnen als Pogacar er niet bij is – en dan alleen.”

Chainel, voormalig FDJ- en AG2R-renner en nu Eurosport-analist, onderstreept dat Pogacar momenteel onbetwist aan kop staat. “Vingegaard blijft natuurlijk een klassebak, maar een kopman die Tadej echt kan bedreigen zie ik nu niet meer. Hij blijft winnen, maar niet op gelijke hoogte met Pogacar.”

Beide experts denken dat Vingegaard in 2026 mogelijk zijn pijlen richt op de Giro d’Italia. “Zelf zou ik dat ook doen,” zegt Fritsch. “Zo ontwijk je Pogacar en maak je kans om alle drie de Grote Rondes op je naam te schrijven. Het is geen toeval, maar een logische strategie.”

Naast de grote rondes zijn Mathieu van der Poel en Remco Evenepoel volgens Fritsch de enige echte dreigingen voor Pogacar in het voorjaar. “Van der Poel heeft bewezen dat hij Tadej op zijn terrein kan uitdagen – Milaan-Sanremo, Parijs-Roubaix – als hij maar honderd procent fit is,” zegt Fritsch. “In de Ronde van Vlaanderen was Pogacar sterker, maar in maart en april komt Mathieu zeker weer opzetten.”

Over Evenepoel zijn de analisten optimistisch dat hij op meerdere vlakken kan aanhaken. “Eind 2025 was hij op zijn best, zonder blessures of pech. Met zijn nieuwe ploeg heeft hij een prima uitgangspositie om door te groeien in 2026.”

Toch zijn ze het erover eens: Pogacar is en blijft de norm. “Als ik moet gokken, wed ik op een nieuwe dominante Tourzege van Tadej in 2026,” zegt Fritsch. “Voor de spanning is dat jammer, want er is nu niemand die echt zijn niveau kan evenaren.”

Chainel voegt er lachend aan toe: “Pogacar blijft hongerig en vindt steeds nieuwe manieren om zich te verbeteren. Dat is wat het zo lastig maakt voor zijn concurrenten.”