“Ik heb hevige kniepijn”: Het verborgen schrikmoment dat de Tour van Tadej Pogacar bijna deed ontploffen, zoals verteld door Nils Politt

De Tour de France 2025 was allerminst eenvoudig voor Tadej Pogacar, al doen zijn vier ritzeges anders vermoeden. Het Sloveense fenomeen kampte met een knieblessure die hem bleef hinderen en zijn hele ronde dreigde te ontsporen, wat uiteindelijk uitbleef.

Nadat Tim Wellens deze situatie enkele weken geleden aankaartte met de onthulling dat de wereldkampioen halverwege de koers met spoed naar het ziekenhuis moest voor een scan wegens een knieblessure, was het de beurt aan Nils Politt om op het incident terug te komen.

In de podcast Ulle and Rick, van de voormalige Duitse renners Jan Ullrich en Rick Zabel, vertelde Politt wat er gebeurde nadat Pogacar zijn knie blesseerde op de Mont Ventoux. “In die Mont Ventoux-rit, in de sprint waarin hij weer een paar seconden van Jonas [Vingegaard] wilde pakken, stootte hij zijn knie tegen het stuur,” legde hij uit.

“En daarna had hij een flinke bloeduitstorting onder zijn knieschijf. En de volgende dag, of twee dagen later, kwam hij naar me toe. Je hoorde aan zijn stem dat er iets mis was. Hij zei: ‘Shit, mijn knie doet pijn. Ik heb echt hevige kniepijn.’”

De ploegleiding werd direct geïnformeerd, waarop medische checks en een MRI volgden. Structurele schade werd niet gevonden, maar de bezorgdheid bleef, zeker met de beslissende etappe over de Col de la Loze in aantocht, de klim die Pogacar in 2023 zwaar had afgestraft.

“Hij was echt bezorgd, vooral omdat de Col de la Loze-rit eraan kwam,” zei Politt. “Dat was die etappe waarvan hij zei: ‘De vorige keer ben ik daar volledig geparkeerd.’ Het was dan wel de andere kant, maar toch. Hij noemde het de grootste inzinking van zijn carrière. Dus hij had enorm veel respect voor die rit.”

Politt schetste de ploegentactiek, bedoeld om mogelijke aanvallen van concurrenten, vooral Vingegaard, te neutraliseren. “We moeten zo hard rijden dat we Jumbo breken zodat zij niet harder kunnen. Dus we hebben de Col de la Madeleine compleet aan gort gereden,” legde hij uit.

Discretie was cruciaal, niemand mocht weten dat Pogacar niet op 100% zat. “Je moet daar natuurlijk over zwijgen. Je kunt niet naar buiten brengen: ‘Hé, Tadej heeft kniepijn.’ Want dan denken zij: oké, we braden hem. Dan jagen ze de eerste klim op en proberen ze het nog erger te maken.”

Echte opluchting kwam pas in Parijs, al bezorgde Pogacar zijn ploeggenoten nog één laatste schrikmoment in de natte finale op Montmartre. “We waren heel blij toen de Tour eindelijk voorbij was. Zelfs toen hij in Parijs zei dat hij het rustig aan zou doen. Dan hoor je op de radio: ‘Ik zit vooraan’, en dan denk je: ‘oh nee’. Geen ploeggenoot bij hem, en hij rijdt solo vooruit.”

“Maar dat toont hoeveel hij van koersen houdt. Hij rook gewoon een kans. Hij dacht, winnen op de Champs-Élysées in het geel, dat zou ook wat zijn. In dat opzicht is hij een beetje een speels kind,” aldus Politt.

De Duitser onderstreepte ook het uitzonderlijke niveau binnen UAE Team Emirates. “Op ons decemberkamp is er eigenlijk nooit een strak plan. Sommige ploegen oefenen ploegentijdritten, anderen doen lead-outs. Bij ons is het gewoon volle bak,” merkte hij op. “Ik herinner me een training vorig jaar waarbij ik achteraf naar het bestand keek, en de waardes waren exact dezelfde als in de Ronde van Vlaanderen, waar ik derde werd [editie 2024]. En dat was training.”

Het exacte programma van Politt voor 2026 ligt nog niet vast, maar hij bevestigde dat hij opnieuw op de voorjaarsklassiekers zal mikken en niet zal debuteren in de Giro d’Italia. Na negen Tours op rij (2017-2025) maar zonder Giro of Vuelta a España, keert hij mogelijk komende zomer terug voor een tiende deelname, wellicht om Pogacar te helpen in de jacht op een vijfde eindzege, waarmee hij het record zou evenaren.