"Ik denk dat ik heel dicht zit bij mijn beste tijdritniveau ooit" - Evenepoel gelooft dat hij in de beste vorm van zijn carrière is

Nog zeven dagen. Dan schuift het peloton in Lille op om de Tour de France van 2025 op gang te trappen. En als er één renner lijkt te pieken op precies het juiste moment, dan is het Remco Evenepoel. De Belgische kampioen tijdrijden – sinds gisteren voor de tweede keer in zijn carrière – gebruikte het nationale titelgevecht niet alleen als etalage van zijn vorm, maar als een zorgvuldig georkestreerde generale repetitie. En die liep vrijwel perfect.

Waar de ene renner in stilte sleutelt aan de laatste details, koos Evenepoel voor een zichtbare test. Zijn besluit om de hoogtestage vroegtijdig te verlaten en in België te koersen, wekte verbazing bij sommigen. Maar voor de 25-jarige Belg was het onderdeel van een plan dat tot in de puntjes is uitgedacht.

“Geen kwestie van gokken, maar van finetuning,” zei hij na afloop tegen WielerFlits. “Ik had al lang geen lange tijdrit meer gereden en dit was de perfecte manier om de Tour-set-up nog één keer te testen. Alles is goedgekeurd.”

Dat bleek ook op de chrono. Met een dominante rit op het BK Tijdrijden liet Evenepoel er geen twijfel over bestaan dat hij klaar is. Niet alleen fysiek – ook technisch lijkt alles in de plooi te vallen. Zijn positie, zijn materiaal, zijn gevoel op de fiets: alles zat juist.

“Ik denk dat ik heel dicht zit bij mijn beste tijdritniveau ooit,” zei hij. “Dat niveau moet ik vasthouden richting Frankrijk.”

Toch benadrukt Evenepoel dat zijn weg naar de Tour dit jaar anders was dan voorheen. Na een lastige winter, een schouderblessure en een fysiek slopende Dauphiné, heeft hij gekozen voor een iets zachtere aanpak in de weken richting de Tour.

“De finale van de Dauphiné was zwaar – veel hitte, veel belasting. Daarna voelde ik dat ik extra herstel nodig had. En dan komt ook nog bij dat ik dit voorjaar minder basis had dan normaal. Dus moesten we slimmer zijn in hoe we werkten.”

Een opvallende aanpassing is Evenepoels gewicht. Vergeleken met zijn Tourdebuut van vorig jaar is hij ongeveer een kilogram lichter. Een bewuste keuze, met het zwaartepunt van de Tour opnieuw diep in de bergen vanaf week twee, inclusief een beklimmingstijdrit.

“In de Vuelta van 2022 hadden we het niet helemaal juist: ik was lichter, maar verloor ook wat kracht,” blikt hij terug. “Nu hebben we gezocht naar balans. Minder gewicht, zonder dat ik aan vermogen inboet. Tot nu toe lijkt het te kloppen.”

Ook op materiaalvlak wordt niets aan het toeval overgelaten. Van helmkeuze tot stuurtype, van banden tot verzet: elk detail is onderzocht, getest en afgevinkt.

“We werken met de kleinste marges. Mijn nieuwe helm is iets aangepast zodat ik mijn hoofd lager kan houden. Dat levert misschien een paar watt op, maar in een tijdrit van 30 kilometer kan dat het verschil maken. Iedereen is ermee bezig – kijk naar Ganna, die rijdt ook met nieuwe spullen. Je kunt het je niet veroorloven om stil te staan.”

Evenepoel lijkt op weg naar zijn meest doordachte en gecontroleerde Tourstart ooit. Alles aan zijn voorbereiding ademt berekening en timing. De combinatie van koershardheid uit de Dauphiné, precisiewerk in het BK Tijdrijden en minutieuze materiaalkeuze geeft hem de wapens om straks – ergens tussen Lille en Nice – zijn stempel te drukken.

Maar waar anderen mikken op gele dromen, houdt Evenepoel de blik scherp en realistisch. Hij weet dat de Tour genadeloos is, dat één slechte dag de koers in puin kan leggen. Maar hij weet ook dat hij, als alles samenvalt, tot veel in staat is.

En met de nationale trui op de rug en het gevoel in de benen exact waar het moet zijn, is het duidelijk: Remco Evenepoel is klaar.