Arkéa out, Pogacar in limo: het nieuwe wielrennen in één beeld

De opheffing van Arkéa – B&B Hotels heeft diepe sporen nagelaten in het Franse wielrennen. Na twee decennia op het hoogste niveau stopt de Bretonse ploeg aan het einde van 2025. Een besluit dat niet alleen sportief pijn doet, maar volgens algemeen directeur Emmanuel Hubert ook een symptoom is van een veel fundamenteler probleem.

“Een team opdoeken na twintig jaar is bitter,” zegt Hubert in gesprek met RMC Sport. “Voor mij is het persoonlijk zwaar, maar ik denk vooral aan de 150 mensen die voor deze ploeg werken. We zijn als familie. We zien elkaar vaker dan onze eigen gezinnen.”

In de laatste maanden probeerde Hubert nog investeerders aan te trekken, maar zonder resultaat. “Het was ingewikkeld. Op een bepaald moment leek er schot in de zaak te zitten, maar uiteindelijk viel het toch weg. Mijn prioriteit is nu niet mijn eigen toekomst, maar oplossingen vinden voor mijn medewerkers.”

De breuk met Arkéa is volgens Hubert meer dan een geïsoleerd faillissement. Het wijst op de steeds grotere financiële ongelijkheid binnen het profwielrennen. “Sommige ploegen kunnen vier keer zoveel uitgeven als de rest. Dan ontstaat er automatisch een sportieve kloof.”

Hij wijst naar ploegen als UAE Team Emirates, dat in monumenten als Il Lombardia meerdere kopmannen rondom een superster als Tadej Pogacar kan inzetten. “Ze kunnen zes renners opstellen met het enige doel om hem in de finale te brengen. Dat zegt alles over de machtsverhoudingen. Ondertussen moeten wij vechten voor de kruimels.”

Hubert doet een duidelijke oproep aan de internationale wielerunie. “De UCI moet ingrijpen. Denk aan een salarisplafond. En er moet iets gebeuren rond transfers. Als Kevin Vauquelin straks vertrekt, krijgen wij daar geen cent voor. Dat kan toch niet?”

Ook het businessmodel van de sport moet op de schop. “We blijven het product wielrennen onderwaarderen,” zegt hij. “Er zijn nieuwe inkomsten te vinden via merchandising, digitale platforms en betere benutting van tv-rechten. Kijk naar voetbalclubs: daar ontstaan extra geldstromen door fans meer toegang te geven en camera’s toe te laten. Waarom zou dat hier niet kunnen?”

De verdwijning van Arkéa laat een leegte achter in een toch al kwetsbaar Frans wielerlandschap. De nationale ProTeams en WorldTour-structuren staan onder druk, en Hubert ziet weinig ruimte voor herstel zonder ingrijpende hervormingen.

“Vroeger kwam er altijd wel een nieuwe ploeg op als er een verdween. Dat is nu niet meer zo. We zien eerder fusies dan nieuwe initiatieven. En intussen droogt de onderkant van de sport op. Minder jeugdteams, minder clubs in lagere categorieën – dat is op termijn funest voor de aanvoer van talent.”

De zorgen van Hubert reiken verder dan Frankrijk. In een tijd waarin superteams almaar dominanter worden, dreigen ploegen in het midden en onderaan de piramide weg te vallen.

“Als we niet oppassen,” besluit hij, “blijven we straks achter met een handvol topteams — maar zonder structuur eronder. En dan verliest het wielrennen precies dat wat het uniek maakt.”