We bevinden ons in het tijdperk van
Mads Pedersen. De 29-jarige Deen heeft tijdens de
Giro d'Italia van 2025 zijn status als een van de meest veelzijdige renners van zijn generatie bevestigd. In een ronde waar bergen en chaos elkaar afwisselden, schitterde Pedersen met vier ritzeges en de winst in het puntenklassement — een meesterstuk van constante klasse, pure kracht en koersinzicht.
Na vijf etappes had hij al drie zeges te pakken, waaronder een slopende sprint bergop, gereden in de roze trui. Het werd de Grote Ronde van zijn carrière, en een die zijn naam definitief in de geschiedenis van het Deense wielrennen heeft gebeiteld.
Toch heeft zijn dominantie in Italië een debat doen oplaaien in zijn thuisland: wie is de grootste Deense wielrenner van het moment — Pedersen of
Jonas Vingegaard? Het is een vraag die bijna onrechtvaardig voelt gezien hun totaal verschillende profielen, maar tegelijk onvermijdelijk is geworden door Pedersens prestaties.
Op papier kunnen de verschillen niet groter. Vingegaard is de bergkoning, de precisierobot van Team Visma | Lease a Bike, tweevoudig winnaar van de Tour de France, specialist in de Grote Rondes, meester in het doseren van inspanningen over drie weken. Pedersen is zijn tegenpool: rittenkaper, sprintkanon, klassiekerspecialist. Een renner van de aanval en de afzienmodus, een man van het voorjaar en het geweld van de eendagskoersen.
Waar Vingegaard floreert op 2.000 meter hoogte na hoogtestages in Tignes, kan Pedersen zonder moeite drie weken aan stormweer, gravelstroken en doorkomstsprints overleven — allemaal zonder noemenswaardige voorbereiding in de bergen.
Toch ontkomen we er niet aan: de vergelijking dringt zich op, zeker nu Pedersen zijn erelijst blijft aanvullen met een duizelingwekkend tempo. De Deense wielerlegende Michael Rasmussen sprak zich tijdens de Giro uit over de discussie in een interview met Viaplay. Hij wees op de unieke status van Vingegaard binnen de sport:
"Moeten Mads' vele, vele overwinningen echt worden afgewogen tegen twee eindzeges in de Tour de France en nog twee podiumplaatsen? Vier keer op het podium in de grootste koers ter wereld — dat is ongeëvenaard", zei Rasmussen.
En hij heeft een punt. Vingegaard schreef geschiedenis met zijn overwinningen in 2022 en 2023, waarin hij Tadej Pogacar, de grootste renner van zijn generatie, op fenomenale wijze aftroefde. Zijn demonstratie op de Col du Granon brak Pogacars dominantie in 2022. In 2023 volgde een kille ontmanteling met een vernietigende tijdritzege. Zonder Vingegaard zou Pogacar vijf Tours op rij gewonnen hebben.
We zijn Jonas Vingegaard misschien wel meer verschuldigd dan we denken. En toch... Pedersen heeft inmiddels 54 profzeges achter zijn naam — zestien meer dan Vingegaard. Hij won tien etappes in grote rondes: vijf in de Giro, drie in de Vuelta en twee in de Tour. Hij was wereldkampioen in barre omstandigheden in Yorkshire in 2019 — de enige regenboogtrui ooit voor een Deense eliterenner op de weg.
Mathieu van der Poel heeft Pedersen regelmatig van een overwinning in een Monument afgehouden.
Zijn palmares in de klassiekers is indrukwekkend. Hij won drie keer Gent-Wevelgem, Kuurne-Brussel-Kuurne, en stond al meermaals op het podium in Vlaanderen en Roubaix. Een Monument ontbreekt nog, maar niet door gebrek aan pogingen: telkens is daar een Pogacar of Van der Poel die roet in het eten gooit.
Vingegaard strijdt tegen de besten uit het klassementsmilieu: Pogacar, Evenepoel, Roglic. Namen die de sport in het tijdperk van wattages en vermogensmeters domineren. Pogacar alleen al is een renner die zowel de Giro-Tour-dubbel als meerdere monumenten heeft gewonnen in één seizoen — en toch kon Vingegaard hem twee keer verslaan in zijn territorium: de Tour.
Pedersen daarentegen botst frontaal op Van der Poel, Pogacar én Van Aert in het voorjaar. Van der Poel heeft acht Monumenten, Pogacar negen. Beiden versloegen Pedersen dit voorjaar nog in Vlaanderen en Roubaix. Maar Pedersen zat er telkens vlak achter — tweede, derde, net niet. En dat telt, zeker in koersen waar seconden geen betekenis hebben, maar plaatsing alles is.
De rivaliteit tussen Van Aert en Pedersen is inmiddels klassiek: de een heeft de regenboogtrui, de ander hunkert naar een Monument. Beiden missen nét dat éne om hun palmares compleet te maken. Maar momenteel is het Pedersen die zijn kansen omzet in resultaten. In koersen waar klassementen irrelevant zijn en pure hardheid regeert, is hij de man van het moment.
Is Vingegaard historisch belangrijker? Absoluut. Zijn prestaties in de Tour zijn van een niveau dat slechts weinigen ooit haalden. Maar Mads Pedersen is bezig aan een carrière die minstens zo indrukwekkend is — misschien wel unieker. Hij is geen beste klimmer, geen klassementsman, geen wattagekoning. Maar hij wint overal. In elke discipline, in elk land, tegen elke tegenstander.
Een Monument ontbreekt nog. Maar als die overwinning ooit komt, kan Denemarken met recht zeggen dat het twee renners voortbracht die elk op hun eigen manier tot de absolute wereldtop behoren. Het ene type is zeldzaam. Het andere is misschien wel nóg zeldzamer.