Voormalig Tourritwinnaar
Jan Bakelants twijfelt of het parcours van de
Tour de France 2026, dat deze week in Parijs werd voorgesteld, werkelijk is ontworpen voor het spektakel — of vooral om
Tadej Pogacar nogmaals te laten schitteren.
In zijn analyse voor HLN stelde de Belgische expert dat
Remco Evenepoel opnieuw aan een oneerlijke strijd begint. “Als Remco een Fransman was,” grapte Bakelants, “dan hadden we waarschijnlijk een ander parcours gekregen.”
“Het profiel benadeelt de tijdrijders”
Volgens Bakelants biedt de editie van 2026 te weinig kansen voor specialisten tegen de klok. En dat is slecht nieuws voor Evenepoel, die zijn eerste volledige seizoen bij Red Bull–BORA–hansgrohe ingaat.
“De organisatie had een unieke kans om het speelveld in balans te brengen,” zegt hij. “Maar ze zijn opnieuw vol voor de klimmers gegaan. Acht bergetappes, vijf aankomsten bergop, amper 26 kilometer tijdrit — dit is gemaakt voor Pogacar.”
Hoewel de Tour opent met een ploegentijdrit van 19 kilometer in Barcelona, ziet Bakelants dat als een magere troost. “In een individuele tijdrit kan Remco controle nemen en verschil maken. Maar in een ploegentijdrit kan iemand als Jonas Vingegaard zich verschuilen achter zijn ploeg. Dat verandert alles.”
“Hij is niet naar BORA verhuisd om de Giro te rijden”
De deelname van Evenepoel aan de Tour is nog niet officieel bevestigd. Zijn ploeg wil eerst de routes van de Giro en Vuelta afwachten. Toch vindt Bakelants dat de keuze eenvoudig is.
“Remco is niet naar Red Bull–BORA–hansgrohe gegaan om zich op de Giro te richten,” stelt hij. “Hij maakte die overstap om voor geel te strijden in de Tour. Als hij nu afhaakt omdat het parcours hem niet ligt, laat hij een kans liggen. Elk jaar dat hij uitstelt, wordt het moeilijker.” Volgens Bakelants kan Evenepoel alleen groeien door de confrontatie met dit soort parcoursen aan te gaan. “De Tour winnen betekent leren overleven op terrein dat je niet ligt.”
“Kennen ze maar één berg?”
Naast de focus op het klimmen hekelt Bakelants ook het gebrek aan vernieuwing in het parcours.De 2026-editie eindigt met twee zware Alpenritten op rij — beide met aankomst op de Alpe d’Huez, één via de klassieke 21 bochten, de andere over de Col de Sarenne. “Het voelt herhaald,” vindt hij. “Kennen ze echt maar één berg? Als de verschillen al groot zijn, verdwijnen spanning en verrassing. Dan is het vooral afzien, niet aanvallen.”
Volgens hem zou meer ruimte voor het middelgebergte de koers levendiger maken. “Dat zijn juist de ritten waar iemand als Remco verschil kan maken. Maar met zo’n sterke UAE-ploeg zal het lastig zijn om daar door te breken.”
“Zonder Pogacar zou Remco alles winnen”
Toch houdt Bakelants vertrouwen in Evenepoels klasse. “Remco is een toprenner. Zonder Pogacar zou hij het peloton domineren zoals Tadej dat nu doet,” zegt hij. “Maar Pogacar ís er — en met dit parcours krijgt de underdog weinig speelruimte.”
Een langere tijdrit had het evenwicht volgens hem kunnen herstellen. “Dat zou Pogacar niet uitschakelen, maar wel Remco’s kansen vergroten. Helaas heeft de organisatie die keuze niet gemaakt — misschien hadden ze dat wél gedaan als Remco Frans was geweest.”