Laurens Ten Dam heeft het profpeloton op de weg al jaren geleden verlaten, maar het was slechts een stap in zijn carrière. Sindsdien is hij een succesvol podcaster en ijkpunt van het gravelracen in Noord-Amerika. Dit weekend rijdt hij het wereldkampioenschap gravel tegen een aantal van de besten ter wereld, waaronder
Mathieu van der Poel die hij zelf heeft geselecteerd om te racen. Laurens Ten Dam is tenslotte de bondscoach.
"Uiteindelijk heb ik bij de mannen maar één wildcard gegeven, maar wel aan de persoon aan wie je die als coach zou willen geven: Mathieu van der Poel. Dat is natuurlijk een garantie voor een topprestatie en een goed resultaat", vertelde Nederlands aanvoerder Laurens Ten Dam
Wielerflits. "Maar ik begreep wel dat hij dit WK echt hoog op zijn lijstje heeft staan. Dat is prima".
Hij weet echter dat renners, zowel uit zijn eigen land als uit andere landen, meestal individueel zullen koersen en dat er geen teamtactieken zijn om toe te passen. "
Maar ik begreep wel dat hij dit WK wel echt hoog op zijn lijstje heeft staan. Dat is helemaal prima. Alleen wat het wel is: bondscoach is natuurlijk een rekbaar begrip in gravel. In principe heb ik er weinig mee van doen hoe hij het in koers doet. Meedoen aan dit WK is iets wat hij voor zichzelf doet. Laat ik dus vooropstellen dat ik mezelf daar niet voor op de borst sla. Maar ik ben wel heel blij dat hij meedoet. Hoe gaaf is het als je zondag de liefhebber in Mathieu van der Poel en alle andere aan het werk ziet op het WK Gravel?
"
Ten Dam heeft zelf de afgelopen jaren zeer sterk gekoerst en blijft een niveau tonen dat het waard is om mee te doen in het profpeloton op de weg. Hij is zich ervan bewust dat dit een zeer gecompliceerde taak is, maar dat het plezier niet alleen uit de resultaten komt:
"Laat ik beginnen met te zeggen dat ze allemaal zijn begonnen met wielrennen omdat ze het leuk vonden, maar ze bleken er echt goed in te zijn. Daarom zijn ze professionele wielrenners geworden. Ik ben een liefhebber, ik denk dat dat voor het grootste deel voldoende is. Maar ik heb niet de illusie dat ik op 43-jarige leeftijd de Mathieus, Florian Vermeersch en Matej Mohorič van de wereld voor de gek kan houden. Dat is helemaal niet de ambitie. Maar als kijker kun je zondag kijken naar wielrennen op hoog niveau. Zo moet je het zien op dat parcours daar," besloot hij;