Het leven van een profwielrenner is fysiek zwaar, maar mentaal minstens zo uitdagend. Wout van Aert is een echte familieman en vertelt hoe moeilijk het is om het grootste deel van het jaar van huis te zijn. Wedstrijden, parcoursverkenningen, trainingskampen en reizen houden hem maandenlang weg van zijn gezin.
"Vaak eet ik voor de wedstrijd in de bus nog een rijsttaartje of fruitcake. Dat wordt altijd door onze verzorgers gemaakt en smaakt heel goed, haha", grapt Van Aert in de Huyts & Vlaeminck-podcast. Hij besprak uiteenlopende onderwerpen, van voeding tot de verschillen tussen trainen in teamverband en alleen.
Toch ziet hij ook voordelen in solo-trainingen of koersen dicht bij huis. "Ik vind het heerlijk om na een wedstrijd gewoon in de auto te stappen en naar huis te rijden. Het liefst rijd ik alleen, en ik vind het fijn om dan één uurtje in de auto te zitten. Vaak zet ik muziek op, maar als ik bijvoorbeeld een klassieker heb gereden, vind ik het fijn om zonder muziek te rijden. Dan kan ik even over alles nadenken en echt in alle rust thuiskomen."
Van Aert heeft het hele jaar door ambitieuze doelen, zowel voor zichzelf als voor zijn ploeg. Zijn crossseizoen begon op 27 december, gevolgd door een lang trainingskamp in aanloop naar het WK op 2 februari. Daarna volgde een korte rustperiode, voordat hij zich voorbereidde op de Clásica Jaén Paraíso Interior, de Volta ao Algarve en het Openingsweekend. Momenteel is hij op hoogtestage op de Teide in voorbereiding op het laatste deel van de kasseiklassiekers.
Na Parijs-Roubaix volgt waarschijnlijk een korte pauze, waarna hij opnieuw op trainingskamp vertrekt in aanloop naar de Giro d'Italia. Zijn programma tussen de Giro en de Tour de France is nog niet bekend, maar een extra hoogtestage lijkt waarschijnlijk. Alles bij elkaar opgeteld, blijft er weinig tijd over om thuis te zijn. In het najaar zal zijn schema minder intens zijn, maar hij blijft koersen. En in de winter vraagt de cyclocross opnieuw veel van zijn tijd.
Dat valt hem steeds zwaarder, zeker als vader van twee jonge kinderen. "Nu ik papa ben, mis ik het enorm om thuis te zijn. Vroeger vond ik het al zwaar om lang weg te gaan, maar nu ik twee zoontjes heb, is het vele weg zijn van huis mijn grootste opoffering."
Hij deelde ook een klein detail over zijn routine tijdens wedstrijden en trainingskampen. "Het is ongebruikelijk in het wielrennen, maar ik slaap het liefst alleen op een kamer. Als ik dan toch een kamergenoot heb, is Tiesj mijn favoriet. We kennen elkaar door en door en hebben bovendien hetzelfde ritme. Dat maakt het heel aangenaam om samen op een kamer te liggen."