“Wout van Aert heeft een probleem met wat eraan komt” – Italiaanse wielerlegende waarschuwt dat de droom van de Visma-kopman om de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix te winnen voorbij is

De Italiaanse wielericoon Francesco Moser heeft serieuze twijfels geuit over de kansen van Wout van Aert om ooit nog de Ronde van Vlaanderen of Parijs-Roubaix te winnen, en suggereert dat de Belg in de beslissende momenten van de hardste klassiekers niet langer opgewassen is tegen de concurrentie.

In gesprek met Het Laatste Nieuws stelde de oud-wereldkampioen de vraag of Van Aert nog beschikt over de winnende punch om de elitegroep uitdagers te kloppen die hem Monumentenroem steeds opnieuw ontzeggen.

“Ik vrees van niet. Zijn tegenstanders zijn te sterk,” zei Moser bij HLN, op de vraag of de kopman van Team Visma | Lease a Bike nog realistisch kan mikken op de Ronde van Vlaanderen of Parijs-Roubaix. Hij verwees naar de Touretappezege van de Belg als een losstaand hoogtepunt, niet als bewijs van aanhoudende topvorm, en voegde toe: “Die Touretappe in Parijs was een heel mooie zege, maar hij is duidelijk minder performant geworden.”

Volgens Moser gaat het niet langer alleen om gemiste kansen of pech, maar om de competitieve realiteit van telkens opnieuw meerdere kampioenen tegenover je te krijgen die in de slotfase scherper zijn. “Als drie of vier kampioenen je keer op keer de baas blijven, dan heb je een probleem met wat er nog komt.”

Moser benadrukte dat de worsteling van Van Aert niet op zichzelf staat. Hij ziet ze als een symptoom van een dieper en gevaarlijker verschuiving in het competitieve DNA van de sport, waarbij renners al ver voor het laatste uur tot extreme tactische risico’s worden gedwongen.

Wat ooit aanvoelde als gecontroleerd schaak, lijkt nu op een rollende gok, met positieduels en aanhoudende versnellingen ver van de streep in plaats van binnen de laatste tien kilometer. “Renners van vandaag nemen zakkenvol risico’s, zelfs op 60 kilometer van de finish.”

Moser wees ook op de rol van koersradio en druk vanuit de volgwagens, en suggereerde dat renners vaak tot risicovolle zetten worden aangezet in plaats van hun eigen inspanning en instinct te mogen sturen.

Volgens Moser lijken moderne finales niet meer op de tactische precisie van zijn tijd, maar op een fysieke en positionele storm waarin winst niet langer uitsluitend door kracht en timing wordt bepaald. “Aan de finish wordt het een compleet casino. Ze stormen als nietsontziende gladiatoren naar voren om de eerste rijen te halen, waar vervolgens geen ruimte is.”

Hij vervolgde met de suggestie dat koersorganisatoren en tv-zenders steeds meer routes en wedstrijdverloop vormgeven met entertainment in gedachten, wat het spektakel vergroot maar de veiligheidsmarges voor renners verkleint.

Moser waarschuwde dat, hoewel die verschuiving het hele peloton treft, gevestigde sterren die blijven jagen op carrièrebepalende zeges — zoals Van Aert — de druk en de gevolgen het meest intens voelen.