Tour 2026: veel sprint, veel bergen – weinig Wout: “Het is niet echt een parcours op mijn maat”

Wout van Aert heeft zich uitgesproken over het parcours van de Tour de France 2026. De Belgische alleskunner noemt het “niet ideaal voor mijn profiel”, maar blijft ambitieus richting het nieuwe seizoen, terwijl hij na een lange rustperiode stap voor stap zijn training hervat.

De route van de Tour de France 2026 biedt weinig ruimte voor de veelzijdigheid waarmee Van Aert de afgelopen jaren indruk maakte. Het parcours telt vooral vlakke sprintetappes en zware bergritten, met opvallend weinig van die grillige overgangsdagen waar de renner van Team Visma | Lease a Bike vaak het verschil maakte.

“Er zijn niet al te veel etappes die me honderd procent aanspreken,” gaf hij toe tegenover VTM Nieuws tijdens de afscheidswedstrijd van Tim Declerq. “Er zijn een paar dagen voor ontsnappingen, maar dat is nooit gegarandeerd. Anders zijn het sprints of echt zware bergetappes. Dus nee, het is niet echt een parcours op mijn maat.”

Toch klinkt Van Aert niet teleurgesteld. Zijn doel blijft onveranderd: opnieuw zijn topniveau bereiken. “Mijn doel is om volgend jaar weer honderd procent te zijn, en als ik dat niveau haal, kan ik op elk parcours iets laten zien. Daar werk ik naartoe.”

Van Aert heeft zijn reputatie in de Tour opgebouwd op atypische dagen — wanneer wind, hellingen en chaos de koers openbreken. Daar blinkt hij uit: op etappes die balanceren tussen sprintersstrijd en klassiekerfinale.

Het nieuwe parcours laat minder ruimte voor dat soort scenario’s. Waar eerdere edities hem etappes op het lijf schreven, lijkt 2026 meer gericht op pure sprinters en klassementsrenners. Toch blijven er kansen, al worden ze schaarser: een goed getimede ontsnapping, zijwind op de overgangsdagen of een verrassing op glooiend terrein.

De vraag is hoe Team Visma | Lease a Bike hem zal inzetten. Wordt Van Aert opnieuw de man met vrijheid om etappes te jagen, of zal hij vooral in dienst rijden van Jonas Vingegaard, die zijn Tourtitel wil heroveren?

Voordat juli aanbreekt, wacht eerst de winter — en dus ook het veld. Van Aert bevestigt dat hij opnieuw zal terugkeren naar het veldrijden, maar met de nadruk op voorbereiding, niet op resultaten. Hij geniet nog na van wat hij beschreef als “een echt plezierige en broodnodige vakantie” en traint pas sinds kort weer voorzichtig.

“Ik heb eerlijk gezegd nog geen idee,” antwoordde hij op de vraag wanneer hij zijn eerste cross rijdt. “Ik ben pas de afgelopen weken weer beginnen trainen, heel rustig. Mijn echte voorbereiding start over een dag of tien. Daarna zal ik zien hoe ik me voel en dan een plan maken.”

Net als in voorgaande seizoenen zal zijn wintercampagne ondersteunend zijn aan zijn wegdoelen. “Het moet passen binnen mijn opbouw naar het wegseizoen,” zegt hij. “Hoe leuk ik cross ook vind, ik ben nog steeds enorm ambitieus voor de klassiekers. Op dit moment moet cross een beetje wijken.”

Van Aert bouwt rustig richting 2026 — een jaar waarin zijn benen, koersinzicht en creativiteit opnieuw de sleutel zullen zijn. Zelfs als het parcours niet op zijn maat is, blijft hij een van de renners die elk scenario kan herschrijven.