"Toen de dokter niet keek, goot ik snel de helft van mijn plas in zijn potje" - Roger De Vlaeminck deelt hilarische anekdote over dopingcontrole Eddy Merckx

Roger De Vlaeminck en Eddy Merckx behoren tot de allergrootsten die het wielrennen ooit gekend heeft. De twee Belgische iconen vochten in de jaren ’70 menig heroïsch duel uit, vaak met Merckx als overwinnaar, maar altijd met onderling respect. Zo groot was dat respect zelfs, dat De Vlaeminck zijn zoon naar zijn rivaal noemde: Eddy.

Ter ere van Merckx' 80ste verjaardag kwamen de oud-renners deze week opnieuw samen, en het gesprek leverde een opvallende anekdote op – eentje die de nauwe band tussen de twee legendes op curieuze wijze onderstreept.

"Het was ergens in Zwitserland," begint De Vlaeminck zijn verhaal in gesprek met De Telegraaf. "Het had de hele dag geregend. Eddy won de sprint, ik werd tweede. Dus moesten we samen naar de dopingcontrole."

Daar liep het echter mis voor Merckx, die moeite had om een urinestaal te produceren. "Eddy had al geplast tijdens de koers en kon niet meer", vertelt De Vlaeminck. Wat toen volgde, was een actie die in het huidige antidopingklimaat ondenkbaar zou zijn. "Ik moest zó nodig. Toen de dokter even niet keek, goot ik snel de helft van mijn plas in zijn potje. Hij had dat eerder ook eens voor mij gedaan. In de regen moet je snel plassen, en denk je niet na over zoiets."

De list werkte – Merckx kwam moeiteloos door de controle, zonder zelf een druppel te leveren. De Kannibaal bevestigde het verhaal met een knik: "Dat klopt. Het was ijskoud en ik stond te beven. En ja, ik moet altijd al snel plassen tijdens wedstrijden. Maar ik vertrouwde Roger volledig."