Romain Grégoire kon na afloop van het Europees kampioenschap op de weg enkel het hoofd schudden. De jonge Fransman, die op zijn thuiswegen in de Ardèche naar een verdienstelijke tiende plaats reed, finishte bijna zeven minuten achter winnaar
Tadej Pogacar. Zijn conclusie was duidelijk: wat Pogacar en
Remco Evenepoel laten zien, behoort tot een andere dimensie.
“Op dit soort inspanningen, die bijna puur klimmen zijn, kan ik me nog wel handhaven,” vertelde hij aan DirectVelo. “Maar de verschillen zijn gewoon monsterlijk. Voorin rijden buitenaardse wezens — Pogacar en Evenepoel — en er is simpelweg geen wedstrijd tussen hen en de rest. Het is een andere sport.”
Grégoire was door bondscoach Thomas Voeckler aangewezen als kopman van Frankrijk, in een race die door het profiel perfect bij hem leek te passen. Maar toen Pogacar op de Côte de Saint-Romain-de-Lerps, met nog 75 kilometer te gaan, zijn verwoestende aanval plaatste, viel het hele peloton uit elkaar.
De 22-jarige renner van Groupama–FDJ had nochtans goede benen, ondanks een val eerder in de koers. Hij moest echter vrede nemen met een plek in de derde achtervolgende groep, samen met Aurélien Paret-Peintre, Nicolas Prodhomme en Pavel Sivakov.
“Ik had de vorm die ik wilde – bijna honderd procent – maar dat is nog altijd ver verwijderd van wat nodig is om mee te doen in zo’n koers,” gaf hij toe. “Als je kijkt naar Pogacar en Evenepoel, die zitten echt op een andere planeet.”
Een val in de afdaling op 120 kilometer van de streep leek Grégoire’s dag even in gevaar te brengen, maar dankzij ploeggenoot Julien Bernard kon hij opnieuw aansluiten bij het peloton. “Op dat moment deed het behoorlijk pijn, maar uiteindelijk viel de schade mee,” zei hij. “Het veranderde niet veel aan mijn koers. Later vanavond zal ik het waarschijnlijk wel voelen, maar tijdens de race ging het.”
Ondanks zijn herstel konden Grégoire en zijn metgezellen het gat naar de leiders niet meer dichten. Evenepoel reed solo naar zilver, terwijl de 19-jarige Paul Seixas met brons de Franse eer redde. Grégoire klopte in de sprint om de ereplaatsen de Italiaan Marco Frigo en eindigde tiende, op 6:52 van Pogacar.
Toch overheerst bij Grégoire trots op het collectieve optreden van de Franse ploeg, die met drie renners in de top tien en vijf in de top zestien sterk voor de dag kwam. “We kunnen trots zijn,” zei hij. “Het was een solide koers van ons, en dankzij het brons van Paul Seixas keren we toch met een medaille huiswaarts. Dat toont de sterkte van onze groep, ook al zijn we nog niet op het niveau van de allerbesten.”
Grégoire, dit jaar winnaar van de Tour of Britain en tweevoudig etappewinnaar in de Tour de Luxembourg, bevestigde opnieuw zijn constante vorm in 2025. Maar zelfs hij moest in de Ardèche erkennen dat de kloof met Pogacar en Evenepoel voorlopig onoverbrugbaar blijft. “Ik ben waar ik thuishoor,” besloot hij nuchter. “Maar voorin rijden twee mannen die doen alsof de wetten van de fysica niet voor hen gelden.”