Het parcours van het
WK tijdrijden bevat voor zowel mannen als vrouwen enkele beklimmingen en een steile, rechtlijnige afdaling. Deze afdaling kreeg aanvankelijk weinig aandacht, totdat renners de route de afgelopen dagen opnieuw onder de loep namen en er van verschillende kanten kritiek kwam, waaronder van
Remco Evenepoel.
"Het is veruit het gevaarlijkste stuk van het parcours: een supersteile afdaling van één kilometer op een onoverzichtelijke en hobbelige baan", verklaarde Evenepoel in een interview met Het Laatste Nieuws. "Het wordt even verstand op nul en hopen dat je tijdens die afdaling geen materiaalpech kent. Ik heb gezien dat er beneden nog een uitwijkingsmogelijkheid rechtdoor is voor mocht je de bocht missen. Ze hebben die bocht ook aangeduid met borden die aftellen hoe ver het nog tot de bocht is, maar of we dat aan die hoge snelheid nog zullen opmerken?"
Sommige renners verwachten in de afdaling snelheden tot wel 90 km/u te halen. In Zwitserland is dat niet ongebruikelijk, of het nu in de bergen is of in heuvelachtige gebieden zoals dit. Hoewel de afdaling slechts een klein deel van het 46 kilometer lange parcours beslaat, zorgt de aanwezigheid ervan voor spanning bij veel renners en wordt het beschouwd als een onnodig risico.
Ook andere leden van de Belgische ploeg uitten hun zorgen over dit segment.
Victor Campenaerts merkte op: "In Zwitserland denk je aan perfecte wegen, maar hier hebben ze toch een kilometer gevonden waar het asfalt slecht is en dan nog super steil naar beneden gaat."
Lotte Kopecky had wellicht de scherpste kritiek op dit deel van het parcours: "Halfweg duik je dan ook nog quasi blind een zwart gat in, omdat een stuk bebossing de zon daar niet doorlaat. Ik reed die afdaling met de billen dicht. Ludwig zat met klamme handjes in de volgwagen."