Remco Evenepoel deelt nasleep van publieke ruzie met Ruben Van Gucht: "Ik denk dat ik duidelijk was in mijn Instagram-post"

Remco Evenepoel keerde nog geen twee weken geleden terug in het wielrennen, maar sindsdien staat hij voortdurend in de schijnwerpers. Van zijn overwinning in de Brabantse Pijl, pech in de Amstel Gold Race, valpartijen in de laatste Ardennenklassiekers, tot een publieke ruzie met de Belgische journalist Ruben van Gucht. Evenepoel deelde onlangs dat hij een bericht ontving van Van Gucht, en wat daarin ontbrak.

In de Belgische media is veel te doen geweest rondom Evenepoel, vooral sinds zijn uitspraken over religie en de islam, die hij nu beoefent. De mishandeling van de familie Evenepoel heeft zelfs geleid tot de overweging van juridische stappen door zijn vader, Patrick. Het is een chaotische situatie, maar het werd nog erger toen Van Gucht, een van de bekendste pundits van het land, opmerkingen maakte over de familie van Evenepoel en suggereerde hoe hij de familie van zijn vrouw, Oumi Rayanne, zou kunnen financieren. Dergelijke opmerkingen leidden tot een lange Instagram-post van de renner van Soudal-Quick-Step.

Evenepoel eindigde zijn publieke bericht met de woorden: "Zeker geen mensen die zichzelf liever journalist noemen, maar liever onzin verspreiden. Misschien moet je je meer zorgen maken over je eigen familie, Ruben... Want wij horen ook dingen." Vervolgens onthulde Evenepoel dat hij een audioboodschap van de journalist zelf had ontvangen.

Tijdens de Tour de Romandie, waar hij gisteren aan de start stond, werd Evenepoel gevraagd naar de situatie. "Ik denk dat ik duidelijk was in mijn Instagram-post. Hij heeft me inderdaad een audiobericht gestuurd, maar zonder excuses. Dat is een beetje vreemd. We zullen zien wat ervan komt," vertelde Evenepoel aan Het Nieuwsblad.

De situatie is nog niet afgesloten, maar Evenepoel wil vooruitkijken na de ongewone situatie waarin hij verzeild raakte. "Ik moet verder. Hopelijk krijgt het geen vervolg. De avond zelf was een warboel in mijn hoofd, maar na een kort gesprek met Klaas (DS Lodewyck, red.) heb ik het naast me neer kunnen leggen."