Quinn Simmons weer op de juiste koers en gebrand op consistent 2025 - "Als junior was ik een van de beste ooit"

In 2019 werd Quinn Simmons wereldkampioen bij de junioren en won hij talloze wedstrijden, waarmee hij zichzelf liet zien als een echt toptalent in de wielerwereld. Hij heeft de afgelopen jaren moeite gehad om consistent te zijn, maar kijkt ernaar uit om dat wel te gaan zijn.

Hij heeft dit jaar een aantal maanden niet gekoerst, maar dit stelde hem wel in staat om te resetten en vervolgens een sterk einde van het seizoen te rijden. "Het was goed om te zien dat ik terug was, want het was bijna twee jaar geleden dat ik vooraan had gereden in een grote wedstrijd als deze", zei hij tegen Velo, terwijl hij de Tour of Guangxi vandaag afsloot op de 10e plaats. Hij werd onlangs negende op het WK Wielrennen, hoewel hij niet gelooft dat hij slim gereden heeft.

"Nu kijk ik terug en zie ik hoe ik op de limiet zat om Pogacar te volgen. Ik zat er twee ronden naast, om vervolgens terug te komen en als negende te finishen. Het is een klein resultaat, maar ik deed het op de meest inefficiënte manier", beschrijft hij het. "De andere jongens die probeerden te volgen, finishten niet eens. Ik weet zeker dat als ik de koers beter had gereden, ik voor een medaille had kunnen vechten. Het is mijn schuld. Mijn benen waren goed genoeg om op het podium te staan.

Simmons heeft veel vertrouwen in zichzelf en put veel vertrouwen uit de trainingsnummers die hij krijgt: "Ik ga mezelf niet tekort doen, want ik zie wat ik kan op de training. Ik weet dat er veel jongens zijn die niet kunnen wat ik kan. Maar ik weet ook dat er jongens zijn die meer kunnen. Ik zou liegen als ik zei dat het niet vervelend was. Als junior was ik een van de besten ooit. Maar ik heb ook geen gemakkelijke weg naar de top gehad", voegde hij eraan toe.

De 23-jarige renner heeft nog een contract bij Lidl-Trek tot 2026 en dus zal hij stabiliteit moeten tonen als het aankomt op zijn team. "Mijn neo-profjaar werd verpest door het coronavirus. Ik had veel valpartijen en veel problemen. Ik geloof dat als ik gewoon een volledig seizoen kan rijden, ik bij de top kan horen. Ik weet dat ik niet kan wat de gekke freaks van de sport kunnen, maar ik geloof dat ik tenminste één grote wedstrijd kan winnen. Zodra ik daar niet meer in geloof, stop ik met fietsen. Voor mij is het zinloos om door te gaan als ik niet kan winnen in grote wedstrijden," concludeerde hij.