Pogacar wint alles, belt met Merckx en blijft nuchter: “Dus ja, ik heb even met hem gesproken. Dat vond ik echt cool.”

Tadej Pogačar heeft zijn seizoen 2024 afgesloten op het hoogtepunt — en zonder enige vorm van concurrentie. De Sloveen domineerde opnieuw het najaar, met zijn triomf in Il Lombardia als kers op de taart. Zijn prestatie op de Italiaanse heuvels was niet alleen een van zijn beste klimdagen van het seizoen, maar ook het ultieme bewijs van zijn uitzonderlijke constantheid, zelfs midden oktober — twee weken na het veroveren van zowel de wereld- als Europese titel.

Met zijn vijfde opeenvolgende zege in Il Lombardia schreef Pogačar opnieuw wielergeschiedenis. Het was zijn vijfde monumentpodium van het jaar — een prestatie die geen enkele renner ooit eerder evenaarde. Niet verrassend dat hij opnieuw vergeleken werd met de grootste aller tijden: Eddy Merckx.

“Je weet dat ik niet van die vergelijking houd,” reageerde Pogačar tegenover Het Nieuwsblad. “Maar toevallig stond ik na de race naast Ernesto Colnago toen hij een telefoontje kreeg van Eddy Merckx. Dus ja, ik heb even met hem gesproken. Dat vond ik echt cool, maar eerlijk gezegd... ik hou niet van die vergelijkingen.”

De ontmoeting met Merckx — letterlijk op het moment dat hij diens records benaderde — gaf een symbolische glans aan een seizoen dat bijna bovenmenselijk was.

Na een jaar waarin hij alles won wat te winnen viel, zal Pogačar eindelijk wat rust nemen. Zijn dominante ritme van de afgelopen twee seizoenen heeft ook een keerzijde gehad: mentale vermoeidheid. Na zijn teleurstelling in de Tour de France gaf hij zelf al toe dat hij “mentaal even leeg” was.

Volgens bronnen van Het Laatste Nieuws wordt binnen UAE Team Emirates serieus gekeken naar een kalmere kalender in 2026, met minder startdagen en meer focus op recuperatie.

Wat zijn programma betreft, lijken enkele strategische keuzes al in overweging. Hoewel het nog niet officieel bevestigd is, lijkt Parijs-Roubaix volgend jaar mogelijk van de kalender te verdwijnen. Ook de Amstel Gold Race — waar hij in 2024 nipt werd verslagen door Mattias Skjelmose — zou kunnen sneuvelen ten gunste van een hernieuwde poging in Luik-Bastenaken-Luik of zelfs een rentree in de Giro d’Italia, die hij in 2024 glorieus won.

Als dat scenario werkelijkheid wordt, kan Pogačar in 2026 zowel in de Giro als de Tour de France tegenover Jonas Vingegaard komen te staan — een tweestrijd die het wielerjaar opnieuw zou kunnen domineren.

De Vuelta a España daarentegen lijkt uitgesloten, met het oog op het Wereldkampioenschap in Montreal, een parcours dat perfect op zijn lijf geschreven is. Daar zou hij opnieuw kunnen proberen om de regenboogtrui te verdedigen — iets wat zelfs voor hem geschiedenis zou betekenen.