De start van het wielerjaar 2025 verloopt allerminst volgens plan voor Arnaud De Lie. De Belgische kampioen worstelt zichtbaar met zijn vorm en heeft inmiddels ook de samenwerking met zijn trainer stopgezet. Terwijl de buitenwereld zich afvraagt wat er precies misloopt, uit voormalig ploeggenoot Philippe Gilbert zich onomwonden over de situatie.
In een telefonisch interview met Het Nieuwsblad spaarde Gilbert zijn woorden niet. “Hij luistert niet echt naar de mensen om hem heen”, aldus de voormalige klassiekerspecialist, die jaren met De Lie samenreed bij Lotto.
Volgens Gilbert ligt het probleem voor een groot deel bij De Lies trainingsaanpak. “Hij maakt een moeilijke periode door, dus ik wil hem niet volledig afvallen. Maar als ik zijn Strava bekijk, zie ik te weinig lange duurtrainingen. Zelf deed ik elke week minstens een sessie van zes en een half uur. Daarom presteerde ik altijd goed in de zwaardere klassiekers.”
De voormalige wereldkampioen verwijst ook naar de invloed van Dirk De Wolf in zijn eigen carrière. “Je kan veel over Dirk zeggen, maar hij speelde daar een grote rol in. Hij vertrok om zes uur ’s ochtends van huis om om negen uur bij mij te zijn. Dan reden we samen zes uur lang. Geen eten in het laatste deel. Soms moest ik zelfs opgeven in de laatste tien kilometer, zo leeg was ik. En achteraf had ik zó’n honger dat ik de bloemen op tafel kon opeten.”
Naast fysieke voorbereiding hekelt Gilbert ook de ogenschijnlijke koersloosheid in De Lies benadering. “Arnaud moet voor zichzelf beslissen: wil hij sprinter blijven, of wil hij zich ontpoppen tot klassiek renner? Er moet een duidelijke lijn komen. Ook in zijn trainingen. Nu zie ik hem de ene dag in Spanje, dan weer in Namen... Dan vraag ik me af: wat is het plan?”
Tot slot benadrukt Gilbert het belang van rust, planning en discipline – elementen die volgens hem het verschil maken op het hoogste niveau. “Elke verplaatsing kost energie. Ik spendeerde elk seizoen twee tot drie uur met de logistiek manager om al mijn vluchten, hotels en zelfs taxiritten te plannen. Alles draaide om focus. In mijn topjaren deed ik maar drie dingen: trainen, koersen en rusten.”