Michael Matthews wint Grand Prix Cycliste de Quebec nadat aanval van Tadej Pogacar en Arnaud De Lie mislukt

De Grand Prix Cycliste de Quebec 2024 was ongetwijfeld een van de moeilijkste koersen van het jaar. Michael Matthews wist de overwinning in de eindsprint te grijpen, wat zijn derde zege in deze Canadese klassieker betekende, nadat een late aanval van Tadej Pogacar werd geneutraliseerd.

De koers begon met een kopgroep van drie: Frank van den Broek van Team DSM-Firmenich PostNL, Artem Schmidt van INEOS Grenadiers en Félix Hamel van de Canadese nationale ploeg. Hoewel het trio weinig dreiging vormde voor het peloton, hielden ze lange tijd stand.

Met nog 65 kilometer te gaan werd de kopgroep gereduceerd tot twee man toen Hamel moest lossen. Corbin Strong, de nummer twee van vorig jaar, moest de wedstrijd daarna vroegtijdig verlaten. UAE Team Emirates zette geregeld druk op de beklimmingen, in een poging de sprinters uit te putten.

In de laatste twee ronden vielen Alex Baudin en Gil Gelders aan op de slotklim en kregen een kleine voorsprong op het peloton. Ze werden echter met nog 15 kilometer te gaan ingerekend, net als de laatste overblijvers van de oorspronkelijke kopgroep.

Jan Tratnik probeerde in de voorlaatste ronde aan te vallen, waarbij UAE wederom het tempo dicteerde, maar ook hij kon niet ontsnappen. Vervolgens viel Visma aan met Matteo Jorgenson, die echter ook weer werd teruggehaald toen het peloton aan de voorlaatste klim begon.

Op dat moment lanceerde Julian Alaphilippe een aanval die het peloton uiteen deed spatten. Tadej Pogacar volgde op de laatste steile beklimming en nam Arnaud De Lie met zich mee. Jenno Berckmoes en Maxim van Gils van Lotto sloten zich aan en probeerden De Lie in een goede positie te houden, maar ook zij raakten uitgeput en de groep werd met nog ongeveer 500 meter te gaan gegrepen.

Bahrain - Victorious leidde de sprint, waarna Michael Matthews vroeg aanging. Ondanks zijn vroege inspanning had de Australiër de sterkste benen en pakte de winst voor Biniam Girmay, met Rudy Molard verrassend als derde.