Tadej Pogačars vierde overwinning in de
Tour de France – behaald in de zomer van 2025 – bevestigde zijn status als een van de grootste talenten van het moderne wielrennen. Maar achter de statistieken, de dominantie en de ontwapenende glimlach gaat een andere realiteit schuil: de steeds zwaardere menselijke tol van constante uitmuntendheid.
Die realiteit kwam deze week naar buiten in een zeldzaam en ontwapenend interview – niet met de Sloveense kampioen zelf, maar met zijn moeder, Marjeta Pogačar. In gesprek met Le Parisien schetste zij het beeld van een zoon die is uitgeput door de druk, de media-aandacht en de verwachtingen. Een jongeman die "echt moe" is geworden van het gewicht van zijn eigen succes.“Het is geen burn-out, maar wel oververmoeidheid,” aldus Marjeta. “Dit jaar zag ik dat hij echt op was. Uitgeput, misschien. En toen dacht ik: nu begrijp ik het, als hij ooit zou besluiten om te stoppen met koersen.”
Die uitspraak wijst niet op een nakend afscheid – Pogačar ligt tot 2030 vast bij UAE Team Emirates en mikt nadrukkelijk op de Olympische Spelen van Los Angeles in 2028 – maar het legt wel een diepere realiteit bloot: zelfs de meest dominante renner van zijn generatie kent grenzen. En die grenzen worden stilaan voelbaar.
Achter het podium
De uitspraken van zijn moeder volgen op Pogačars eigen bekentenis dat de Tour van 2025 “de zwaarste uit zijn carrière” was. In een aflevering van de podcast Tour 202 vertelde hij openlijk over de combinatie van een slopend parcours, ijskoude Alpenetappes en aanhoudende kniepijn die hem bijna tot opgave dwongen.“Mijn lichaam stond onder shock,” zei hij. “Ik voelde me echt slecht. Een grote ronde is nooit makkelijk – we zijn na de eerste week al moe, en dan moeten er nog twee volgen.”
Voor de buitenwereld leek de Sloveen ook dit jaar weer onaantastbaar. Hij won twintig wedstrijden, pakte opnieuw het geel in Parijs. Maar wie goed keek – zelfs via het televisiescherm – zag dat er iets veranderd was. Zijn gebruikelijke lichtvoetigheid ontbrak. In interviews klonk hij kortaf, op momenten zelfs kil. Volgens zijn moeder was de oorzaak duidelijk: het was niet alleen fysieke vermoeidheid, maar ook mentale uitputting.“Hij was zo moe – lichamelijk én mentaal. En dat alles onder het oog van miljoenen kijkers.”
Leven in een vissenkom
De druk komt van alle kanten: sportieve verwachtingen, sponsorverplichtingen, mediaploegen die elke beweging volgen – én een groeiende groep fans die hem op straat letterlijk achtervolgt. Marjeta Pogačar wijst op de constante, tastbare aanwezigheid van dat succes. “Mensen plakken stickers op zijn rug, schreeuwen, raken hem aan... Soms is het gewoon te veel. Omdat hij te vaak wint, omdat hij geen tijd meer heeft voor handtekeningen.”
Het is een groeiend fenomeen in de topsport: atleten worden publieke eigendom. In een hyperverbonden wereld is er nauwelijks ruimte voor rust, laat staan anonimiteit. En Pogačars imago – charismatisch, open, benaderbaar – maakt hem tegelijk geliefd én kwetsbaar. De affectie is oprecht, maar het cumulatieve effect is slopend.Voor het eerst, zegt zijn moeder, merkte ze dat die roem nu ook echt begint te wegen. Een wielrenner die stilaan de prijs betaalt van zijn ongrijpbare status.
Het gewicht van winnen
Sinds zijn intrede in het WorldTour-peloton in 2019 heeft Pogačar een pad bewandeld dat weinig renners hem nadoen. Monumenten, wereldtitels, olympische doelen – én nu vier Tourzeges. Maar de frequentie van die successen, en de druk om elk seizoen te blijven presteren, eisen hun tol.
Zelf lijkt hij zich daar nu ook meer bewust van. “Ik begin te beseffen dat ik dit niet eeuwig kan blijven doen,” gaf hij toe eerder deze zomer. “Was dit mijn laatste Tour? Je weet het nooit. Een sportcarrière is kort.”Geen afscheid dus, maar wel een herijking. De eerste tekenen van een atleet die zijn perspectief bijstelt – over zijn lichaam, zijn geest, en zijn grenzen.
Alles bij elkaar houden
Ondanks alles blijft Pogačar kalm. Zijn liefde voor de fiets is onverminderd zichtbaar. Hij blijft winnen – van de grindwegen van de Strade Bianche tot de klassieke hellingen van Luik, tot het Franse podium in juli. Hij blijft de meest complete en beminde renner van zijn generatie.
Die veerkracht, zegt hij, komt mede door de mensen om hem heen. “Urska is er ook, dus het voelt vaak als thuis,” zei hij over zijn partner en de gezamenlijke trainingskampen. “Het schema is zwaar, maar we hebben een manier gevonden om het vol te houden.”
Toch kunnen zelfs de beste omkaderingen niet altijd beschermen tegen de dreiging van mentale en fysieke uitputting. En als de moeder van de populairste renner van het peloton zegt: “Soms is het gewoon te veel,” dan is dat geen roddel of randnoot. Het is een signaal.
Een stille waarschuwing
De woorden van Marjeta Pogačar zijn geen aanklacht, geen dramatische alarmbel. Maar ze snijden wel door het beeld dat vaak rond haar zoon hangt. Tadej is geen onwankelbare superheld. Hij is een jonge man van 27, op het toppunt van zijn kunnen, die zijn grenzen begint te verkennen – misschien zelfs te bewaken.
Achter het geel, de regenboogstrepen, de wattages en het onafscheidelijke plezier, schuilt een mens. Eén die, zoals zijn moeder het zegt, “alles bij elkaar probeert te houden.”