“Ik kleefde zowat aan Pogačars wiel”: Matthew Brennan over chaotisch debuut in Parijs-Roubaix

Matthew Brennan was wellicht de grootste verrassing van het seizoen: van onbekende naar ster. De Brit won in 2025 twaalf profkoersen en sloot het jaar af met veertien zeges in totaal. Zijn sterke prestaties leverden hem zelfs een plek op in een van de grootste koersen: Parijs-Roubaix, waar hij in een respectabele 44e plaats finishte.

In de podcast Inside The Beehive noemde Brennan zijn debuut compleet “chaotisch”, al was het een bijzonder nuttige leerschool voor de toekomst. “Ik weet nog dat ik vrij vroeg cafeïne nam, waardoor ik erg, erg nerveus werd bij het ingaan van de kasseienstroken.”

Vanaf de start wist Brennan precies wiens wiel hij moest volgen. “Ik zat een beetje aan het wiel van Pogačar gekleefd, omdat ik dacht: dit is een behoorlijk veilig wiel om te volgen.”

Van der Poel was voor veel renners een alternatief, maar niet voor Brennan. “Hij stuiterde overal heen, over boordstenen enzovoort, iedereen volgend. Ik dacht: daar ga ik me niet mee bemoeien, dat is veel te technisch voor mij. Ik bleef bij Pogačar, en ik keek of Wout in de buurt was, of Edoardo Affini.”

Het beslissende moment kwam na de Trouée d’Arenberg. Brennan ziet Van der Poels aanval nog haarscherp voor zich. “Ik kwam uit Arenberg en ik zie Van der Poel aanvallen en ik zei tegen mezelf: argh… Je bent moe en je ziet die gast de grootste watt-bom droppen die je je kunt voorstellen. Hij ging vol gas over de weg, en daar brak ik, denk ik.”

“Ik deed die inspanning en daarna was ik klaar. Het was ook een lastige situatie met Wout achter me. Je bent 19 en je rijdt vooraan in een koers op sleutelmomenten, je kopman zit achter je, en je weet niet precies wat je moet doen. Je volgt dan de beslissingen die je zelf wilt nemen.”

De kopman van de ploeg die dag was Wout van Aert, die van achteruit kwam en ondanks vroegtijdig contactverlies met Pogačar en Van der Poel toch vierde werd. “Wout liet echt zien hoe sterk hij was die dag. Ik stortte volledig in, maar hij is een echte diesel. Hij bleef gaan tot het einde. Hij werd vierde en mensen doen denigrerend over dat resultaat.”

Voor Brennan slaat kritiek op de Belgische ster na zo’n prestatie nergens op. “Waarom stappen ze niet zelf op de fiets om Roubaix te rijden en te ontdekken hoe moeilijk het is om überhaupt vierde te worden? Als je dat beschouwt als Wout die een slechte dag heeft, laat dan maar zien hoe het is wanneer hij een goede dag heeft,” besloot hij.

Zo’n seizoen op je 19e toont wat voor opkomend talent Brennan is, en Visma wilde hem logischerwijs voor jaren vastleggen. Dat lukte recent, want ze maakten bekend dat ze met het Britse supertalent een akkoord hebben bereikt om zijn contract tot 2029 te verlengen.

“De omgeving in dit team is zo uniek: mede dankzij de ploeg heb ik me al zoveel kunnen ontwikkelen. Iedereen kan me helpen een betere renner te worden, zowel de staf als de renners. En bovendien voel ik hier het vertrouwen dat ik nodig heb. Ik ben hier gelukkig en erg dankbaar voor de kans om over zo’n lange periode zonder druk de volgende stappen in mijn carrière te zetten,” zei Brennan.