Mathieu van der Poel bewees opnieuw dat hij nooit opgeeft en zijn verwoede achtervolging tegen het einde van
Luik-Bastenaken-Luik 2024 werd beloond met een plek op het eindpodium naast
Tadej Pogacar en Romain Bardet.
"Ik weet niet echt hoe ik hier op het podium ben gekomen. Ik heb het gevoel dat ik de hele dag in de achtervolging ben geweest," zei de wereldkampioen na de race tegen Sporza, nadat hij relatief vroeg op achterstand was gekomen door een valpartij in het peloton. "Ik deed mijn beenwarmers en handschoenen uit, maar toen vielen een paar renners en werd de hele weg geblokkeerd. Op dat moment dacht ik dat we niet meer terug zouden komen in de wedstrijden, maar uiteindelijk lukte het wel."
Met Pogacar als duidelijke winnaar gelooft van der Poel niet dat de vroege achtervolging veel verschil heeft gemaakt voor het eindresultaat. "Er was wat ontspanning na de afgelopen weken, vooral Vlaanderen en Roubaix. Maar zelfs met de benen die ik daar had, had ik niets kunnen uitrichten tegen Pogacar," legt hij uit. "Dus nu ben ik heel blij dat ik hier op het podium sta, want ik had er niet lang uitzicht op. Ik geloofde er pas in toen ik me aansloot bij de groep voor de derde plaats, ook al waren mijn benen niet zo goed meer. Ik wilde mijn klassieke voorjaar op een goede manier afsluiten en dat is gelukt."
"Ik begrijp nu wat ze bedoelen als ze zeggen dat de kasseien- en heuvelklassiekers niet gecombineerd kunnen worden. We moeten realistisch zijn en zelfs met de beste benen zal ik Pogacar niet kunnen volgen op La Redoute. Dat is stof tot nadenken voor de toekomst," besluit Van der Poel ietwat somber. "Misschien richt ik me er niet meer op. Alleen de tijd zal het leren."