“Ik had na twee weken niet uit de Giro moeten stappen”: Milan Fretin blikt terug op een seizoen getekend door kostbare fouten

Milan Fretin was in 2025 een van de weinige lichtpunten bij Cofidis. De jonge Belg reed een sterke eerste seizoenshelft, met drie zeges (Clásica de Almería, Ronde van Limburg en een rit in de Volta ao Algarve) en meerdere podiumplaatsen in belangrijke koersen.

De tweede seizoenshelft verliep echter allerminst vlekkeloos. “Tot en met de Giro mag ik inderdaad heel tevreden zijn. Maar daarna hebben we ook fouten gemaakt,” zei Fretin in een interview met Sporza.

De eerste, in zijn ogen, was voortijdig uit de Giro d’Italia stappen. Met Cofidis in degradatiestrijd koos de ploeg ervoor om Fretin na twee weken terug te trekken, zodat hij in de eendagskoersen van juni UCI-punten kon najagen. Een strategie die uiteindelijk faalde, want Cofidis verloor de World Tour-licentie.

“Ik had na twee weken niet uit de Giro moeten stappen,” legde hij uit. “Daardoor kreeg ik geen echte rustperiode, en dat merkte ik in de finales van die eendagskoersen. Mentaal was ik niet fris genoeg. Het gevolg was dat ik in de koersen na de Giro weinig tot geen UCI-punten pakte.”

Een tweede tegenvaller volgde begin juli, toen Fretin op hoogtestage in Italië ging. “Ik heb verkeerd getraind,” gaf hij toe. “We weten nu dat ik me beter voorbereid in het zonnige Spanje. Dat ligt me beter dan hoge bergen.”

Die ervaringen sturen zijn plannen voor 2026, een seizoen waarin Fretin opnieuw een stap wil zetten. Zijn voorjaar lijkt sterk op dat van 2025, met focus op klassiekers waarin hij voor winst wil rijden.

“In het voorjaar rijd ik min of meer hetzelfde programma als vorig jaar,” zei hij. “Vooral klassiekers zoals Nokere Koerse, waar ik voor de zege kan meedoen.”

De 24-jarige mikt ook op progressie in massasprints, waarin hij in 2026 een stap vooruit wil zetten. “Mijn ritzege in de Volta ao Algarve gaf me veel vertrouwen. Zeker als je ziet wie ik daar klopte (Meeus, De Lie, Girmay en Van Aert).”

Om het gat naar de absolute topsprinters te dichten, plant Fretin een vaste lead-out, iets wat vorig jaar om diverse redenen ontbrak. “Vorig jaar zat ik in de sprints vaak alleen, maar nu krijg ik altijd twee vaste lead-outrenners mee: Piet Allegaert en Alex Kirsch.”

Deze winter spendeerde hij ook meer tijd in het krachthonk. “Om mijn acceleratie en explosiviteit te verbeteren,” legde Fretin uit. “Ik besef dat sprinters zoals Philipsen en Milan in de laatste 200 meter sneller zijn dan ik. Dat blijft een werkpunt.”

Een directe vergelijking met Jasper Philipsen kan snel volgen, want Fretin verwacht komende zomer zijn debuut in de Tour de France te maken. “Normaal rijd ik voor het eerst de Tour,” zei hij. “Dat is een kinderdroom die uitkomt. Maar als je aan de start van de Tour staat, moet je vanzelfsprekend groter durven dromen.”