Mathieu van der Poel heeft zondag geschiedenis geschreven door voor het derde jaar op rij solo te zegevieren in
Parijs-Roubaix. In een editie die bol stond van het spektakel en waarin debutant
Tadej Pogacar hem tot diep in de finale het vuur aan de schenen legde, toonde Van der Poel zich opnieuw de absolute meester van het Noord-Franse kasseiengeweld.
De wedstrijd werd op gang getrokken door een achttal vroege aanvallers: Kim Heiduk (INEOS Grenadiers), Oier Lazkano (Red Bull - BORA - hansgrohe), Markus Hoelgaard (Uno-X), Jonas Rutsch (Intermarché-Wanty), Max Walker (EF Education-EasyPost), Jasper De Buyst (Lotto Dstny), Rory Townsend (Q36.5) en Abram Stockman (Unibet Tietema Rockets). De kopgroep nam een maximale voorsprong van ruim tweeënhalve minuut.
Zodra de eerste kasseistroken zich aandienden op zo'n 160 kilometer van de meet, brak de koers al vroeg open. Mechanische pech voor onder anderen Filippo Ganna en valpartijen bij toppers als Wout van Aert, Jasper Stuyven en Jasper Philipsen zorgden voor de nodige nervositeit. Al deze namen konden terugkeren, maar het kostte duidelijk krachten.
Met nog 103 kilometer te gaan zette Tadej Pogacar zich voor het eerst echt op de voorgrond met een versnelling in de beruchte sector Haveluy à Wallers. Bij het opdraaien van het Bos van Wallers-Arenberg bedroeg het gat met de vluchters nog slechts twintig seconden. Niet veel later namen Pogacar en Van der Poel samen de leiding over.
Zij kregen kortstondig gezelschap van onder meer Wout van Aert en zijn jonge ploegmaat Matthew Brennan, maar op de viersterrensector Hornaing à Wandignies bleven alleen nog Stefan Bissegger, Mads Pedersen en Jasper Philipsen in het spoor.
Voor Pogacar volgde op dat moment bijna een dramatisch moment: hij liet zich bevoorraden bij zijn ploegwagen, maar bij het indraaien van een bocht kwam hij bijna in botsing met zijn eigen teamauto. Een crash werd ternauwernood vermeden.
De Sloveen toonde zich onverstoord en versnelde opnieuw op Tilloy à Sars-et-Rosières, waar enkel Van der Poel en Pedersen konden volgen. Laatstgenoemde kreeg echter af te rekenen met een lekke band, waardoor de twee supersterren samen overbleven. Philipsen wist zich achter hen knap terug naar voren te vechten, wat Alpecin-Deceuninck in een tactisch sterke positie bracht.
Op de vijfsterrensector Mons-en-Pévèle plaatste Van der Poel een verschroeiende demarrage. Philipsen moest passen, Pogacar pareerde. Maar toen de Sloveen even later zelf probeerde te versnellen, miste hij compleet een bocht. Van der Poel kreeg vrij spel, terwijl Pogacar in de achtervolging moest.
Tot overmaat van ramp werd Van der Poel in volle finale geraakt door een naar zijn hoofd gegooide bidon van een 'supporter'. Hij kon gelukkig zonder al te veel gevolgen door, maar het incident zorgde voor verontwaardiging in het peloton en onder de fans.
Het verschil tussen de twee bleef enige tijd hangen rond de halve minuut. Pogacar leek de kloof misschien nog te kunnen dichten, maar een fietswissel op 22 kilometer van de meet brak definitief zijn verzet. Van der Poel bouwde zijn voorsprong uit naar ruim vijftig seconden.
Achter hen ontspint zich intussen de strijd om de laatste podiumplek. Pedersen, Van Aert en Florian Vermeersch lieten Philipsen achter zich en vormden het achtervolgende trio. Op de Carrefour de l’Arbre kreeg Van der Poel nog even schrik toen hij met materiaalpech kampte, maar na een razendsnelle fietswissel kon hij zijn weg vervolgen met een comfortabele voorsprong.
In het Vélodrome van Roubaix kwam Van der Poel juichend over de streep en schreef hij geschiedenis met zijn derde opeenvolgende overwinning in ‘De Hel van het Noorden’. Pogacar toonde zich in zijn debuut ronduit indrukwekkend en mocht verdiend als tweede plaatsnemen op het podium. Mads Pedersen klopte zijn metgezellen in de sprint om de derde plaats.