"Het was eigenlijk een beetje middelmatig" - Laurens Sweeck over zijn teleurstellende prestatie op de Wereldkampioenschappen in Tábor

Na een uitdagend seizoen zonder overwinningen sloot Laurens Sweeck het af met een teleurstellende prestatie op het Wereldkampioenschap in Tábor. De Belgische renner eindigde als veertiende in de wedstrijd van zondag, waarbij hij gedurende de race betrokken raakte bij verschillende gevechten in het middenveld.

In een interview met WielerFlits na de wedstrijd gaf Sweeck verschillende redenen voor zijn teleurstellende seizoen: "Het is een beetje van alles. Eerst was er die spierscheuring, daarna had ik een beetje last van ziekte, ik had corona in december."

De renner van Crelan-Corendon was duidelijk niet in staat om te herstellen en vorm te vinden in aanloop naar de Wereldkampioenschappen. "Je weet van tevoren dat dit circuit geen geheimen heeft, dat de benen spreken. Als die niet goed genoeg zijn, kun je nergens verstoppertje spelen. De benen zijn wat ze zijn, je komt op je plaats", concludeerde hij.

Over zijn race zei Sweeck: "Ik denk dat ik in de top tien zou zijn gestart, maar ik kwam daar vast te zitten en moest nog een paar plaatsen prijsgeven. Het was eigenlijk een beetje middelmatig".

Ondanks zijn teleurstellende prestatie op het Wereldkampioenschap in Tábor, heeft de voormalige UCI Wereldbekerwinnaar nog enkele kansen om zijn eerste overwinning van het seizoen te behalen. Zijn volgende wedstrijd is de Internationale Sluitingsprijs - Oostmalle op 25 februari, waar Sweeck nog steeds hoopvol is dat hij iets positiefs uit dit seizoen kan halen. "Het is niet geweest wat het had moeten zijn, maar ik hoop nog steeds op verbeteringen. Misschien kan ik het seizoen nog goed afsluiten."