"Het voelt een beetje als een Tour de France" - Fabio Jakobsen wil 'motor draaiende' houden in Ronde van Nederland na ramp 2025

Enkele jaren geleden stond Fabio Jakobsen nog symbool voor veerkracht en snelheid. Na zijn miraculeuze terugkeer uit de hel van de Ronde van Polen 2020 werd hij algemeen beschouwd als de snelste sprinter ter wereld. Maar in 2025 is alles anders. Gezondheidsproblemen hielden hem maandenlang aan de kant, en pas sinds kort maakt hij opnieuw koerskilometers. Toch staat hij er, met een glimlach, aan de start van de herboren Ronde van Nederland. “Het voelt een beetje als de Tour de France,” zegt Jakobsen in gesprek met WielerFlits, verwijzend naar de mensenmassa’s langs het parcours. “Zoveel mensen die m’n naam roepen, dat doet me echt wat.”

De Ronde van Nederland, sinds dit jaar terug op de kalender, voelt voor Jakobsen als een symbolische afsluiter van een lastig seizoen. “Nederland is een wielerland, zo’n koers hoort hier gewoon thuis,” zegt hij. “Iedereen rijdt liever hier dan in China,” voegt hij er met een knipoog aan toe, doelend op de Tour of Guangxi. Na een al moeizaam 2024 begon ook dit seizoen niet vlekkeloos. Een vernauwing in zijn liesslagader noopte hem tot een operatie in maart. De hele zomer moest hij grote wedstrijden aan zich voorbij laten gaan, en pas eind augustus maakte hij zijn rentree in de Renewi Tour. Maar ook daar sloeg het noodlot toe.

“Ik kwam ten val en brak mijn sleutelbeen,” vertelt hij. “Het was echt een lullige breuk. Er lag een dikke plaat op de weg, ik kon nergens heen. Veel brokstukken, middenin het peloton… Het was balen, want mijn vorm zat net in de lift. Zonder die val had ik hier gewoon voor de overwinning kunnen sprinten.”

Nu is hij blij überhaupt aan de start te staan, al is het in een andere rol dan hij gewend is. In de openingsetappe werkte hij in dienst van de jonge Tobias Lund Andresen, die knap derde werd. “Voor mij is het nu zaak om kilometers te maken, het motortje weer draaiende te krijgen,” legt Jakobsen uit. “Natuurlijk zou ik liever zelf sprinten. Maar als ik dan tóch een andere rol moet vervullen, dan het liefst hier. Ik train hier de helft van de tijd, ken deze wegen uit mijn hoofd. Ik kan er letterlijk van dromen.”

Na de Ronde van Nederland wacht voor Jakobsen eerst wat rust. “Een korte vakantie, en dan zien we wel verder. Maar ik ben vooral blij dat ik weer op de fiets zit, en dat ik hier dit werk kan doen. Genieten van het publiek, van het thuisgevoel. Daar doe je het uiteindelijk allemaal voor.”