Hoewel
Tadej Pogacar vrijdag met een magistrale aanval op de Côte de Domancy het Criterium du Dauphiné wellicht al in een beslissende plooi heeft gelegd, staat hem dit weekend nog een serieuze opdracht te wachten. De Sloveense wereldkampioen moet zijn gele trui verdedigen in twee zware Alpenetappes met lange beklimmingen en aanzienlijke hoogtemeters. Maar Pogacar klinkt strijdvaardig en kalm.
"Het is altijd mooi om te winnen, maar het belangrijkste doel is nu om de leiderstrui vast te houden tot zondag. Dat willen we zo gecontroleerd mogelijk doen. Of dat lukt, zullen we zien. Vandaag staat er in elk geval een serieuze bergrit op het programma", liet hij vanmorgen optekenen.
Etappe 7 is andere koek dan de rit waarin hij vrijdag Jonas Vingegaard op indrukwekkende wijze achterliet. De renners krijgen liefst drie reuzen voorgeschoteld, elk met beklimmingen van meer dan 15 kilometer — waaronder de Col de la Madeleine.
"We moeten voorbereid zijn op een heel agressieve aanpak van de Madeleine. Niet alleen van Jonas, maar van zijn hele ploeg. We zullen zien hoe de kaarten daar liggen. Maar ik verwacht al vuurwerk op die eerste klim", voorspelde Pogacar.
Na zijn imponerende optreden vrijdag werd er veel gesproken over zijn aanvalsstijl: een versnelling zittend in het zadel, zonder de gebruikelijke explosiviteit waar hij eerder om bekendstond. Gevraagd naar die opvallende aanpak, bleef hij nuchter.
"Niet echt. Iedereen zegt dat ik veel blijf zitten, ook als we veel vermogen trappen. Maar zo rijd ik nu eenmaal altijd", aldus de Sloveen. "Als je écht een punch wilt plaatsen, dan moet je op de pedalen gaan staan. Maar gisteren lag het tempo al zó hoog, dat het efficiënter was om gewoon te blijven zitten en te versnellen. Het hangt af van het profiel van de klim. Maar ik blijf graag zitten."